MSA
3
Bediening
Het apparaat wordt bediend via schermdialogen en drie functieknoppen
[ hoofdstuk 2.2].
Zie voor meer informatie de stromingsdiagrammen in hoofdstuk 8.
3.1
Omgevingsfactoren
Een aantal omgevingsfactoren kunnen de metingen van de zuurstofsensor beïn-
vloeden, zoals wijzigingen in druk, vochtigheid en temperatuur. Wijzigingen in druk
en vochtigheid beïnvloeden de hoeveelheid zuurstof die werkelijk in de atmosfeer
aanwezig is.
Wijzigingen in druk
Indien de druk snel wijzigt [bijv. bij het lopen door een luchtsluis], kan de meting van
de zuurstofsensor tijdelijk veranderen en is het mogelijk dat de detector een alarm
activeert. Hoewel het zuurstofpercentage op of dichtbij 20,8 % Vol kan blijven
staan, kan het totale zuurstofgehalte in de atmosfeer voor ademhaling kritiek wor-
den indien de totale druk in aanzienlijke mate wordt gereduceerd.
Wijzigingen in vochtigheid
Indien de vochtigheid aanzienlijk wijzigt [bijv. van een droge omgeving met aircon-
ditioning naar vochtige buitenlucht], kunnen de zuurstofmetingen met tot 0,5 % wor-
den verminderd, omdat de waterdamp in de lucht de zuurstof verdringt.
De zuurstofsensor heeft een speciaal filter om de invloeden van wijzigingen in
vochtigheid op zuurstofmetingen te reduceren. Dit effect wordt niet onmiddellijk ge-
merkt, maar beïnvloedt langzaam de zuurstofmetingen gedurende verschillende
uren.
Wijzigingen in temperatuur
De sensoren hebben een ingebouwde temperatuurcompensatie. Indien de tempe-
ratuur echter drastisch verandert, kunnen de metingen van de zuurstofsensor ook
veranderen.
NL
ALTAIR 5X/ALTAIR 5X IR
Bediening
35