•
Importeren en bestand toevoegen (alleen Windows
bestand, WAB-bestand, MAPI of LDAP-server selecteren. (Zie "LDAP-server" en "Faxservertelefoonboek"
voor meer informatie over de LDAP-server.)
OPMERKING:
Afhankelijk van de applicatie (bij gebruik van Mac OS X 10.7 of nieuwer), kunt u de functie
Apparaatgegevens opzoeken niet gebruiken.
OPMERKING:
voer het wachtwoord in het veld Wachtwoord onder het gedeelte Autorisatie in wanneer u een fax wilt
versturen en de faxfunctie met een wachtwoord beveiligd is.
OPMERKING:
Indien in de Functiebeheerinstellingen
invoeren om de faxfunctie te kunnen gebruiken.
De faxfunctie met een wachtwoord beveiligen:
OPMERKING:
om de faxfunctie te beveiligen vanuit
op
zetten. Zie "Paneelvergrendeling" voor meer informatie.
Aan
1 Druk op de knop
2 Tik op het tabblad Extra en tik vervolgens op Beheerinstellingen.
3 Tik op
totdat Veilige instellingen verschijnt en tik dan op Veilige instellingen.
4 Tik op Functiebeheer.
5 Tik op Fax.
6 Tik op Vergrendeld.
7 Voer een 4-cijferig wachtwoord in en tik dan op OK.
8 Schakel de printer uit en weer in om de instellingen toe te passen.
Zo controleert u of de fax is verzonden:
Genereer een geschiedenisrapport van de taak. Zie "Rapport/Lijst" voor informatie over het afdrukken van een
geschiedenisrapport van een taak.
Een fax ontvangen
Info over ontvangstfuncties
OPMERKING:
als u de
Telefoon/fax
op de telefoonstekker (
Als het geheugen vol is, wordt de fax in de functie Telefoon ontvangen.
Plaatsen van papier om faxen te ontvangen
De instructies voor het plaatsen van het papier in de papierlade zijn hetzelfde voor als u afdrukt, faxt of kopieert,
behalve dat faxen alleen kunnen worden afgedrukt op papier van Letter-formaat, A4-formaat of Legal-formaat. Zie
"Inleggen van de afdrukmedia" voor meer informatie over het plaatsen van papier. Zie "Afdrukmediarichtlijnen"
voor meer informatie over het instellen van de papiersoort en het formaat in de lade.
Automatisch ontvangen van een fax in de faxstand
Uw printer is vooraf in de fabriek ingesteld op Fax.
Als u een fax ontvangt, gaat de printer automatisch over op de faxstand nadat een gespecificeerde tijd is verlopen en
u de fax ontvangt.
U kunt het interval waarop de printer na het ontvangen van een inkomende oproep op de faxontvangstfunctie
overgaat veranderen. Zie "Beschikbare faxinstellingopties".
(Informatie).
of
Antwoordapparaat/fax
) op de achterkant van uw printer aan.
®
): Hiermee kunt u een bronbestand, zoals een CSV-
op
staat, moet u het 4-cijferige wachtwoord
Fax
Vergrendeld
moet u eerst
Functiebeheer
wilt gebruiken, sluit u een antwoordapparaat
Paneelvergrendeling
377
Faxen