12. SCHOTEL OPNIEUW UITRICHTEN MET EEN
REEDS GEBRUIKTE M7 MZ-101
Bij een al eerder gebruikte MZ-101 is de ontvanger al geactiveerd en is de geïntegreerde smartcard al geregistreerd.
Bij het uitrichten van de schotel is het verschil tussen wel en geen beeld soms millimeterwerk. Neem daarom rustig de tijd
om de signaalsterkte te optimaliseren.
B
PLAATS SATELLIET BEPALEN
1.
Houd de kaart horizontaal ('waterpas').
ZUID
2.
Draai de schijf met het kompas tot de
N
exa in lijn ligt met de onder e
reep (NOORD).
3.
Het rode vlak wij nu naar
de satelliet. Draai je
schotelkop in die richting.
4.
Draai net zolang totdat
je maximaal signaal
ontvangt op je
ontvanger of meter.
5.
Beweeg de schotel
nog licht op en neer,
KOMPAS
OOST
WEST
en draai licht van
links naar rechts, tot
je het be e signaal
ontvangt.
Tip:
Bij het uitrichten van
de schotel is het verschil
tussen wel en geen beeld
soms millimeterwerk. Neem
daarom ru ig de tijd om de
NOORD
signaal erkte te optimaliseren.
Veel ge elde vragen vindt je op:
www.canaldigitaal.nl/vragen
Houd geen ijzeren voorwerpen en/of mobiele telefoon bij het kompas. Let ook op dat je het kompas op voldoende afstand
van de schotel houdt.
Installeer de schotel en ontvanger zoals beschreven in de voorgaande hoofdstukken of draai de schroeven van de bestaande
■
schotelinstallatie enigszins los zodat je deze kunt bewegen.
Draai de kompasschijf naar zijde B "Plaats satelliet bepalen" en houd de kaart vlak (waterpas).
■
Draai de schijf met het kompas tot de 'N' exact in lijn ligt met de onderste streep (NOORD).
■
Het rode vlak wijst nu in de richting van twee ASTRA-satellieten. Draai de schotelkop in die richting. De schotelkop moet enigszins
■
schuin staan (zie vorige hoofdstukken en/of de laatste bladzijde van deze handleiding).
Zet de satellietontvanger aan en druk op de afstandsbediening op de knop "MENU".
■
Kies in het scherm achtereenvolgens de optie "Instellingen" en daarna de optie "Installatie" en daarna "Installatiehulp".
■
Draai de schotel langzaam naar links of rechts en controleer daarna de waarden
■
die op het tv-scherm worden weergegeven bij signaalsterkte en –kwaliteit voor
de satellieten ASTRA 1 op 19,2° oost en ASTRA 3 op 23,5° oost. Worden er hogere
waarden gemeten nadat je de schotel bijdraaide? Dan beweeg je de schotel in de
juiste richting. Op de poorten C en D (ASTRA 2 op 28,2° oost en Hotbird op 13,0°
oost) ontvang je geen signaal met de dubbele ontvangstkop (DUO LNB).
Beweeg de schotel licht op en neer, en licht van links naar rechts, tot je het beste
■
signaal ontvangt. Let hierbij op de indicatiekleuren op het scherm: rood (slechte
signaalsterkte/-kwaliteit), oranje (onvoldoende signaalsterkte/-kwaliteit) en groen
(goede signaalsterkte/-kwaliteit). Zie je een groene kleur bij de poorten A (ASTRA 1
op 19,2° oost) en B (ASTRA 3 op 23,5° oost) dan kun je de schotel vastschroeven.
Let op:
bij onvoldoende signaal vertoont de ontvanger geen beeld of valt deze
snel uit (bij verslechterde weersomstandigheden). Doorloop in dat geval opnieuw
het installatieproces via de HD-ontvanger vanaf stap 1 (en richt de schotel en
ontvangstkop opnieuw uit).
9