Gebruikershandleiding
❏ Een ontvanger (naam, faxnummer enz.) selecteren uit het telefoonboek:
Als de ontvanger is opgeslagen in het telefoonboek, klikt u op
vervolgens op Toevoegen > OK.
Als voor uw faxverbinding een prefixcode is vereist, voert u Nummer voor buitenlijn in.
Opmerking:
Als het Lijntype van de printer is ingesteld op PBX en de toegangscode is ingesteld op het gebruik van # (hekje) in plaats
van de exacte prefixcode, voer u # (hekje) in. Zie voor meer informatie Lijntype in Basisinstellingen via de onderstaande
koppeling naar gerelateerde informatie.
7. Controleer de instellingen van de ontvanger en klik vervolgens op Fax.
Het verzenden begint.
Controleer voor verzenden of de naam en het faxnummer van de ontvanger correct zijn.
Opmerking:
❏ Als u in Dock op het printerpictogram klikt, wordt het scherm voor het controleren van de overdrachtsstatus
weergegeven. Als u het verzenden wilt stoppen, klikt u op de gegevens en klikt u vervolgens op Verwijderen.
❏ Als tijdens de overdracht een fout optreedt, wordt het bericht Verzenden mislukt weergegeven. Controleer de
overdrachtsrecords op het scherm Faxverzendgegevens.
❏ Documenten met meerdere papierformaten worden mogelijk niet correct verzonden.
Faxen ontvangen op een computer
U kunt faxen ontvangen en deze als pdf-bestand opslaan op de computer die met de printer is verbonden. De FAX
Utility omvat verschillende functies, onder andere voor het opgeven van een map waar faxen moeten worden
opgeslagen. Installeer FAX Utility voordat u deze functie gebruikt.
Opmerking:
U kunt een van de volgende methoden gebruiken om FAX Utility te installeren.
❏ De EPSON Software Updater (toepassing voor het bijwerken van software) gebruiken
❏ Met de cd die bij de printer is meegeleverd. (Alleen Windows-gebruikers)
Belangrijk:
c
❏ Als u faxen op een computer wilt ontvangen, moet de Ontvangstmodus op het bedieningspaneel van de printer
worden ingesteld op Auto. Als uw organisatie een printerbeheerder heeft, neemt u contact op met deze beheerder
voor informatie over de status van de printerinstellingen. Zie "Gerelateerde informatie" hieronder om de
instellingen te configureren.
❏ Als de computer is ingesteld voor het ontvangen van faxen, moet deze altijd ingeschakeld blijven. Ontvangen
documenten worden tijdelijk opgeslagen in het geheugen van de printer voordat de documenten worden
opgeslagen op de computer. Als u de computer uitschakelt, raakt het geheugen van de printer mogelijk vol, omdat
de documenten niet naar de computer kunnen worden verzonden.
❏ Het aantal documenten dat tijdelijk is opgeslagen in het geheugen van de printer, wordt weergegeven in
het startscherm.
❏ Als u de ontvangen faxen wilt lezen, moet u op de computer een weergaveprogramma voor pdf-bestanden
installeren, bijvoorbeeld Adobe Reader.
Faxen
. Selecteer de ontvanger in de lijst en klik
229
op