meten continu de temperatuurgradiënt. Wordt deze te groot (boven warmer dan beneden)
(fabrieksinstelling 12°C), dan zal de thermostaat de ventilator van het toestel op het minimum
toerental (stand 1) inschakelen en de warme lucht die zich onder het plafond heeft opgehoopt, naar
beneden verplaatsen.
Op het moment dat deze regeling actief is zal het toestel ook stoppen met verwarmen totdat het
temperatuurverschil weggewerkt is.
In het installateur menu kan het gedrag van de deltaT regeling verder beïnvloed worden. Daar kan
bijvoorbeeld het temperatuurverschil ingesteld worden waarbij de ventilator moet gaan draaien. Zie
hiervoor het hoofdstuk installateur menu.
13 Instellingen wissen.
Mocht het nodig zijn om weer terug te keren naar de fabrieksinstellingen
van de thermostaat, dan kan dat door 10 seconden lang op de toets OK
te drukken. Bevestig met OK.
Alle instelling zullen gewist worden en het taalselectie display zal getoond
worden.
14 Externe temperatuur voeler
In voorkomende gevallen is het wenselijk dat de temperatuur niet gemeten moet worden op de plaats
waar de thermostaat hangt, maar ergens anders. In dat geval kan op de 2-aderige aansluiting van de
thermostaat en de heaters een externe temperatuurvoeler worden aangesloten. De thermostaat
neemt dan niet meer zijn eigen temperatuur, maar die van de externe voeler. Ook kan het gemiddelde
genomen worden tussen de externe voeler en de thermostaat.
14.1 Aansluiten van de Externe voeler
De voeler GX3929 moet volgens schema aangesloten worden.
Op de 2-aderige aansluiting van de thermostaat en de heaters moet de externe voeler worden
aangesloten. Er kunnen tot 8 heaters worden aangesloten op 1 thermostaat.
Gebruik altijd de juiste bekabeling voor de thermostaat.
Specificaties: Signaal kabel, 1x2x0,8mm (afgeschermd en getwist), Maximale lengte 200
meter
Als de bekabeling te dun gekozen wordt zal het signaal te zwak zijn.
Als de bekabeling niet afgeschermd of getwist is, kunnen er EMC invloeden optreden bij langere
lengtes.
Houdt de thermostaat bekabeling altijd gescheiden van voedingskabels en andere 230V kabels.
Het niet volgen van deze richtlijnen kan ertoe leiden dat de installatie slecht functioneert en kan
eventueel zelfs leiden tot een defect in het toestel of thermostaat
Heater 1
Heater 2
1 2
3
4
5
Shield
Aardscherm
Erdschirm
22°C
Ruimte thermostaat Multi Therm C
Heater 3
1 2
3
4
5
1 2
3
Thermostat
Thermostaat
Termostato
Termostat
4
5
Max. 8 Heaters
Communicatie bus:
2 draads; laagspanning
Remote sensor
Externe sensor
Sonde distance
Abstandsfühler
22°C
Sensore remoto
Czujnik zewnet
Dalkovy senzor
Nuotol. jutiklis
RESET ALL ?
Heater 8
1 2
3
4
5
9