Installatiehandleiding en gebruiksaanwijzing
Settings Sensor-settings
Home
Belangrijk:
Hiervoor is het correcte registeradres nodig.
Denk er aan dat het registernummer kan verschillen van het registeradres (Offset). Gelieve hiervoor het gegevensblad van
de sensor/meetomvormer te raadplegen.
Home
Settings Sensor-settings
Ondersteunde datatypes:
Data type:
UI1(8b) = unsigned integer
I1 (8b) = signed integer
UI2 (16b) = unsigned integer
I2 (16b) = signed integer
UI4 (32b) = unsigned integer
I4 (32b) = signed integer
R4 (32b) = floating point number
Byte Order:
De grootte van een Modbus-register is 2 bytes. Voor een 32 bit waarde leest de BDL twee modbusregisters uit.
Dienovereenkomstig wordt er voor een 16 bit waarde slechts één register gelezen.
De Modbusspecificatie definieert slechts in onvoldoende mate de bytevolgorde waarmee waarden worden overgedragen.
Om alle mogelijke gevallen te kunnen dekken, kan de bytevolgorde in de BDL zelf worden ingesteld en moet ze worden
afgestemd op de betreffende sensor (zie Sensor/ transducer data sheet).
Bijv. High byte vóór Low byte, High word vóór Low word enz.
Instellingen moeten dus worden gedefinieerd op basis van de sensor/transducer data sheet.
62
A1 right arrow (2. page) Register address
A1 right arrow (2. page) Register format
=>
0
=>
-128
=>
0
=>
-32768
=>
0
=>
-2147483648
De meetwaarden worden door de sensor in registers
voorgehouden en kunnen via Modbus door de BDL
geadresseerd en uitgelezen worden.
Hiervoor moeten de gewenste registeradressen in de
BDL ingesteld worden.
Het invoeren van het register/gegevensadres
gebeurt in dit geval in decimale waarden van
0 – 65535.
Met behulp van de knoppen
Holding
register kiest u het betreffende Modbus
registertype.
Met
Data Type
en
Byte Order
en de volgorde vast waarin de afzonderlijke
cijferbytes worden overgedragen. Deze dienen
gecombineerd te worden toegepast.
- 255
- 127
- 65535
- 32767
- 4294967295
- 2147483647
NL
Input register
en
legt u het cijferformaat
METPOINT
BDL compact
®