Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Controle Bevestiging Achterwielen - Dynapac F80W Bedieningshandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

3.6.15 Controle bevestiging achterwielen

Het procedé is identiek voor de linker- en rechterzijde van
de machine.
Procedé voor de controle van de bevestiging van de achter-
wielen (de machine is uitgerust met een wiel aan linker- en
rechterkant):
Controleer of alle bouten (1) van de achterwielen (2) aange-
draaid zijn.
Aandraaimoment voor de schroeven (1) bedraagt 48 Nm
(35,4 lbft).
Procedé voor de controle van de bevestiging van de achterwie-
len (de machine is uitgerust met twee wielen aan de linker- en
rechterkant):
Demonteer de schroeven van het buitenste wiel (3).
Demonteer het buitenste wiel (4) van de achterwieldrager
(5).
Laat de achterwieldrager (5) gemonteerd.
Controleer door de opening in het buitenste wiel of alle
schroeven (1) van het binnenste wiel (2) vastgedraaid zijn.
Aandraaimoment voor de schroeven (1) bedraagt 48 Nm
(35,4 lbft).
Monteer het buitenste wiel (4) op de achterwieldrager (5).
Draai alle schroeven (3) van het buitenste wiel (4) vast.
Aandraaimoment voor de schroeven (3) bedraagt 48 Nm
(35,4 lbft).
Controle van de bevestiging van de wielen moet
u  op de machine uitvoeren, die op een effen en ste-
vig oppervlak staat, met uitgeschakelde motor en
accu-scheidingsschakelaar.
Er bestaat verwondinggevaar door het losmaken van de
achterwielen.
Indien een losgedraaid achterwiel geconstateerd wordt,
voer het procedé voor het bevestigen van de achterwie-
len vroeger uit.
Gebruik voorgeschreven beschermingsmiddelen bij de
controle van de bevestiging van achterwielen.
F80W
HANDLEIDING ONDERHOUD
1
2
4
3
5
4
1
451133
2
451131
2
451132
153

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave