Inhoudsopgave
Advertenties
Bedieningselementen voor collimatie
Tabel 42: Bedieningselementen voor collimatie
Enkele collimatie.
A
A
A
De collimatie wordt automatisch aangepast aan het geselecteerde
sensorgebied. Voor fluoroscopie wordt dezelfde collimatie gebruikt
als voor statische beelden en snelle reeksen.
De instelling van de collimatie wordt weergegeven op de software-
console.
Dubbele collimatie. Voor fluoroscopie en statische beelden worden
verschillende collimatorinstellingen gebruikt.
• Voor fluoroscopie wordt de collimatie automatisch aangepast
• Voor statische beelden wordt de vooraf geconfigureerde colli-
De vooraf geconfigureerde collimatie-instelling wordt niet weerge-
geven op de softwareconsole.
De daadwerkelijke collimatie-instelling na het afstellen van de colli-
matie wordt weergegeven op de softwareconsole.
Voor snelle reeksen wordt de enkele collimatie toegepast.
Handmatige collimatie.
Uitlezing van de werkelijke collimatie-instelling.
Bij dubbele collimatie wordt in plaats hiervan de vooraf geconfigu-
reerde collimatie-instelling weergegeven.
De collimatie-instelling van de vorige belichting herstellen.
Een voorbeeld van collimatie bekijken
Na het vastleggen van een dynamisch beeld kunnen collimatoraanpassingen
worden bekeken op het vastgelegde beeld.
1. Selecteer een dynamische groep in het paneel Beeldoverzicht.
2. Leg een snelle reeks of een fluo-reeks of een statisch beeld vast.
Het vastgelegde beeld wordt weergegeven.
3. Pas de instelling van de collimator aan.
Er wordt een set lijnen op het beeld getekend om te laten zien hoe het
collimatiegebied eruitziet als een volgende belichting wordt gemaakt
aan het geselecteerde sensorgebied.
matie-instelling gebruikt.
DR 800 | Softwareconsole | 237
0392C NL 20210309 1049
Advertenties
Inhoudsopgave
