Stappen op de camera (2)
5.
Selecteer [OK].
6.
Selecteer [OK].
7.
Selecteer [OK].
De verbindingsinstellingen voor EOS Utility zijn nu geconfigureerd.
Handmatig koppelen van de camera en de computer is hierna niet meer nodig, zolang u
de instellingen niet wijzigt nadat u de apparaten één keer hebt gekoppeld.
Dit bericht wordt weergegeven nadat de camera de computer heeft
gedetecteerd waarop u in stap 4 op [Connect/Verbinden] hebt geklikt.
Selecteer [OK].
De weergave keert terug naar het scherm [Netwerkinstell.].
Het <
>-lampje van de camera licht groen op.
Instellingsinformatie wordt opgeslagen op de camera.
648