Tijdens bloeddrukmetingen
De patiënt moet er aan worden herinnerd om zich niet te
bewegen, niet te praten en om normaal adem te halen
tijdens de meting. Als de patiënt aan het begin van een
meting bezig is, dan moet de patiënt indien mogelijk
proberen om de meetarm te ontspannen.
Op elk moment kan een enkele meting worden gestopt door op de start/
stop- of aan/UIT-knop te drukken.
Herhaal de bloeddrukmeting in geval van een fout:
het apparaat herhaalt de meting automatisch na een
aftelling van twee minuten mocht tijdens de meting een
fout optreden.
Als de herhaalde meting ook een fout aantreft, zal het apparaat na een
aftelling van vier minuten de meting herhalen. Als ook deze extra meting
mislukt, registreert het apparaat een foutmelding.
Als het apparaat met meten stopt, moet de patiënt het apparaat
terugsturen om de oorzaak van de fout te bepalen.
Meetgegevens opslaan: het apparaat kan tot
330 herinneringen opslaan, waaronder metingen,
medicijnrecords, fouten en start/stop-evenementen.
Als het geheugen vol is, verschijnt op het LCD-scherm van het apparaat
'Full' en kunnen geen verdere metingen of medicijnregistraties worden
uitgevoerd. Upload de meetgegevens en wis het geheugen om het
apparaat te resetten.
WatchBP O3
161
NL