VOORBEREIDINGEN — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
l
Begin met naaien.
• Zie "Beginnen met naaien" (pagina 44) voor
meer informatie over het beginnen met
naaien.
Twee rijen steken worden parallel naast
elkaar gemaakt.
Opmerking
● Als u de tweelingnaald gebruikt, kunnen de
steken te dicht op elkaar zitten, afhankelijk
van de soort draad en stof die u gebruikt.
Vergroot de steeklengte in dat geval. Zie
"Steeklengte en -breedte aanpassen"
(pagina 42) voor meer informatie over het
aanpassen van de steeklengte.
VOORZICHTIG
● Druk voor het wijzigen van de naairichting op
(naaldstandtoets) om de naald omhoog te
halen uit de stof. Haal vervolgens de
persvoethendel omhoog en draai de stof.
Anders kan de naald breken of de machine
beschadigen.
● Draai de stof niet terwijl de tweelingnaald
omlaag staat in de stof. De naald kan dan
breken of de machine kan beschadigd raken.
28