Inhoudsopgave
Advertenties
12 Installatie van de unit
12.1.1
Vereisten inzake de plaats waar de
binnenunit geïnstalleerd wordt
Vereisten minimum vloeroppervlakte
VOORZICHTIG
De totale hoeveelheid koelmiddel in het systeem mag niet
groter
zijn
dan
de
vloeroppervlakte van de kleinste kamer van het systeem.
Voor de vereisten voor de minimum vloeroppervlakte voor
binnenunits,
zie
gebruiksaanwijzing van de buitenunit.
INFORMATIE
Het geluidsdrukniveau is lager dan 70 dBA.
INFORMATIE
Apparatuur voldoet aan de eisen voor commerciële en
licht-industriële locaties indien vakkundig geïnstalleerd en
onderhouden.
VOORZICHTIG
Deze apparatuur is NIET bedoeld voor gebruik op
residentiële locaties en garandeert GEEN afdoende
bescherming van de radio-ontvangst op dergelijke locaties.
VOORZICHTIG
Toestel NIET toegankelijk voor iedereen; installeer het op
een beveiligde plaats die niet voor iedereen toegankelijk is.
Deze units, binnen- en buitenunit, zijn zowel geschikt voor
commerciële als kleinindustriële toepassingen.
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat alle vereiste ventilatieopeningen niet
geblokkeerd worden.
OPMERKING
Als het toestel op minder dan 30 m van een residentiële
locatie wordt geïnstalleerd, MOET de professionele
installateur een evaluatie maken van de EMC-situatie voor
over te gaan tot de installatie.
▪ Schemablad voor montage (bovenste deel van doos). Gebruik
het
schemablad
om
de
leidinguitlaat, afvoerleidinguitlaat en inlaat van de elektrische
bedrading te bepalen.
▪ Uitblaasrichtingen. Kies het uitblaaspatroon aan de hand van de
installatieplaats. Een 2- of 3-wegs luchtuitblaas moet lokaal
worden ingesteld. Zie
"17.1 Lokale
12‒1 Uitblaaspatroon (bovenaanzicht)
4-wegs
3-wegs luchtuitblaas
luchtuitblaas
2
3
1
4
2-wegs luchtuitblaas (optionele afsluitplaatkit vereist)
2 2
1
Montagehandleiding en gebruiksaanwijzing
16
vereisten
voor
de
minimum
de
montagehandleiding
plaats
van
de
ophangbouten,
instelling" [ 4 25].
2
2
2
1
3
1
4
2
4
De symbolen
en
aan.
▪
achter (rechte) koelmiddelleiding
▪
rechts (gebogen) koelmiddelleiding
Voor koelmiddelleiding omhoog kan elk uitblaaspatroon worden
gekozen.
*
Het cijfer in het
en
luchtuitlaten aangegeven door het aantal
Voorbeeld:
a
a
Aanduiding op de unit
b
Aantal luchtuitlaten
▪ Afstand. Let op de volgende vereisten:
b
a
≥1500
≥1500
a
Luchtuitlaat
b
Binnenunit
c
Verlichting (op de afbeelding ziet u plafondverlichting,
maar verzonken verlichting is ook toegestaan)
d
Luchtventilator
a
A: ≥1500
A
Minimumafstand tot de muur
B
Minimum- en maximumafstand tot de vloer
a
Luchtuitlaat
b
Luchtinlaat
c
Kant met gesloten luchtuitlaat (afsluitplaatkit vereist)
d
Binnenunit
e
Hindernissen
f
Vloer
▪ A:
Minimumafstand
uitblaasrichtingen in de richting van de muur.
▪ Minimum: 1,5 m voor een open luchtuitlaat. Bij een gesloten
luchtuitlaat is een minimumafstand van 30 mm vereist.
▪ B: Minimum- en maximumafstand tot de vloer:
▪ Minimum: 2,5 m om onopzettelijk aanraken te voorkomen.
▪ Maximum:
Afhankelijk
instelling" [ 4 25].
"17.1 Lokale
geven de richting van de koelmiddelleiding
-symbool komt overeen met het aantal
-symbolen op de unit.
b
4
d
e
c
≥2000
≥4000
b
d
e
f
tot
de
muur.
Afhankelijk
van
de
capaciteitsklasse.
FXUA50~100AVEB
VRV-systeemairconditioner
3P668115-2F – 2023.02
(mm)
c
A: ≥30
(mm)
van
de
Zie
Advertenties
Inhoudsopgave
