Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Afwisseling Van Compressoren; Regeling Van Hoge Condensatiedruk; Beveiliging Compressormotor; Fasebewaking - Daikin EWWD380-C11BJYNN Handleiding Voor Installatie, Gebruik En Onderhoud

Inhoudsopgave

Advertenties

Controller-terminal
Kenmerken van de controller-terminal:
• Lcd met achtergrondverlichting met 4 lijnen van 20 karakters
• Mogelijkheid voor remote klavier (RJ11-aansluiting)
• Weergave in duidelijke taal
• Klavier met 15 toetsen
• Meertalig
• Geen volatiel geheugen voor data-opslag
• Alarm-led voor algemene storingen
• Met paswoord beveiligde toegang op 4 niveaus voor veranderen van de instellingen
• Serviceverslag met bedrijfsuren en algemene omstandigheden

Afwisseling van compressoren

De units wisselen de opstartvolgorde van de compressoren automatisch af om het aantal keer opstarten en
de bedrijfsuren gelijkmatig te verdelen.
In de "automatische stand" wordt de compressor met het laagste aantal keer opstarten eerst opgestart. Als
beide compressoren draaien, wordt de compressor met het hoogste aantal bedrijfsuren eerst stilgelegd.

Regeling van hoge condensatiedruk

De microprocessor is uitgerust met een transducer voor het monitoren van de condensatiedruk. De
hoofdtaak van de hogedruk-transducer is om de condensatiedruk te regelen (door de koeltorens – indien
aangesloten – te monitoren), maar de transducer stuurt ook een signaal naar de microprocessor om de
compressor stil te leggen wanneer de persdruk groter wordt dan de maximum waarde. Wanneer de unit is
uitgeschakeld wegens hoge condensatiedruk, moet de microprocessor handmatig worden gereset.
Mechanische hogedrukschakelaar
De hogedrukschakelaar is een éénpolige schakelaar die wordt geopend wanneer de druk groter is dan de
maximum waarde. Wanneer de schakelaar wordt geopend, wordt het stuurrelais onderbroken en wordt de
compressor uitgeschakeld.
De drukschakelaar is geïnstalleerd op de olieafscheider.
Druk op de blauwe knop en reset het alarm op de microprocessor om de drukschakelaar te resetten.

Beveiliging compressormotor

Thermistoren op de wikkelingen van elke motor beschermen de compressoren tegen oververhitting. De drie
in serie gemonteerde thermistoren zijn aangesloten op een apparaat (MP1 en MP2 in het bedradings-
schema). Het alarm "compressor thermisch relais" kan handmatig op het klavier worden gereset.
Wanneer dit alarm zich herhaaldelijk voordoet tijdens de normale werking kan dit wijzen op een potentieel
probleem met de compressormotor of een te hoge aanzuigoververhitting door een tekort aan koelmiddel. De
overbelastingsrelais (optie) worden handmatig gereset; reset zowel de relais als de microprocessor.

Fasebewaking

De fasebewaking biedt bescherming tegen faseverlies en faseomkering. Wanneer een dergelijk probleem
zich voordoet, gaat een contact open, waardoor het systeem niet meer kan opstarten of wordt uitgeschakeld.
Een verkeerde fasevolgorde kan de compressor ernstige schade toebrengen.
Wanneer de unit stroom krijgt, sluit het relais van de fasebewaking en laat de microprocessor de
compressoren weer draaien. Als het output-relais niet sluit, annuleert de microprocessor het alarm
"Fasebewaking". Voer in dat geval de volgende tests uit:
1.
Controleer met een externe fasetester of de fasevolgorde R/S/T juist is. De compressoren werken alleen
als de draairichting juist is. Als de fasevolgorde moet worden gecorrigeerd, schakel dan de unit uit en
wissel twee fasen om op de lijn van de hoofdvoeding.
2.
Schakel de unit in. Het relais van de fasebewaking moet nu sluiten.
3.
Als het alarm nog steeds wordt aangegeven, controleer de fasespanning dan met een voltmeter.
D – 803 C – 07/02 D – NL pag. 18/28
WAARSCHUWING

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave