De Hp-Printerdriver Configureren Voor De Werkstand - HP LaserJet Enterprise MFP M631 Series Gebruikershandleiding
Verberg thumbnails
Zie ook voor LaserJet Enterprise MFP M631 Series:
- Gebruikershandleiding (266 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
Stel de werkstandmodus in
Volg deze procedure om de werkstand in te stellen.
1.
Navigeer van het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer naar de toepassing
tik vervolgens het pictogram
2.
Open de volgende menu's:
a.
Nieter/stapelaar beheren
b.
Werkstand
3.
Selecteer een modus in de lijst met opties en raak vervolgens de knop
beschikbaar:
Postbus: De printer sorteert taken in verschillende bakken op basis van de persoon die ze heeft
●
verzonden.
Stapelaar: De printer stapelt taken in de bakken van beneden naar boven.
●
Functiescheiding: De printer sorteert taken in verschillende bakken op basis van printerfuncties zoals
●
afdruktaken, kopieertaken of faxtaken.
De HP-printerdriver configureren voor de werkstand
Voer de volgende stappen uit om de HP-printerdriver te configureren voor de geselecteerde werkstand:
OPMERKING:
Windows XP en Vista (Server 2003/2008) HP PCL.6-drivers bieden geen ondersteuning voor uitvoerapparaten.
®
Windows
7
Voer de volgende stappen uit om de HP-printerdriver te configureren voor de geselecteerde werkstand:
1.
Zorg dat de printer is ingeschakeld en verbinding heeft met de computer of een netwerk.
2.
Open het Windows
3.
Klik met de rechtermuisknop op de naam van de printer, en selecteer vervolgens Printereigenschappen.
4.
Klik op het tabblad Apparaatinstellingen.
5.
Selecteer Nu bijwerken. Of selecteer Nu bijwerken in het vervolgkeuzemenu naast Automatische
configuratie.
®
Windows
8.0, 8.1 en 10
Voer de volgende stappen uit om de HP-printerdriver te configureren voor de geselecteerde werkstand.
1.
Het Configuratiescherm openen:
Windows 8/8.1: Klik met de rechtermuisknop in de linkerbenedenhoek van het scherm.
●
Windows 10: Klik met de rechtermuisknop op het Start-pictogram in de linkerbenedenhoek van het
●
scherm en klik vervolgens op Configuratiescherm.
2.
Selecteer Configuratiescherm. Selecteer onder Hardware en geluiden de optie Apparaten en printers
bekijken.
32
Hoofdstuk 2 Papierladen
Instellingen
Voor het wijzigen van de werkstand moet de printer opnieuw worden opgestart.
®
Start-menu en klik op Apparaten en printers.
aan
Instellingen
Opslaan
aan. De volgende opties zijn
en
Advertenties
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
