BEDIENINGSINSTRUCTIES
DE NEUTRALE STAND VAN DE iBR REGE-
LEN
1. Knop OMHOOG (om de achterwaartse
beweging te doen stoppen)
2. Knop OMLAAG (om de voorwaartse
beweging te doen stoppen)
OPMERKING: Druk herhaaldelijk
op de knop OMHOOG/OMLAAG
tot de neutrale stand goed is afge-
steld en de waterscooter niet meer
beweegt.
Schakelen naar vooruit
Om vanuit neutraal naar voorwaart-
se stuwkracht te schakelen, tikt u
op de gashendel. De poort be-
weegt naar de voorwaartse stuw-
stand en de waterscooter gaat
voorwaarts versnellen.
Om vanuit achteruit naar voorwaart-
se stuwkracht te schakelen, laat u
de iBR-hendel los terwijl u een
beetje gas geeft.
Om na remmen terug naar voor-
waartse stuwkracht te schakelen,
laat u de iBR-hendel los terwijl u de
gashendel intrekt. De waterscooter
versnelt na een korte pauze vooruit.
Achteruit inschakelen
en gebruiken
Achteruit kan enkel worden inge-
schakeld tussen de stationaire
snelheid en de voorwaartse snel-
heidsdrempel van 8 km/h.
Om op achterwaartse stuwkracht
over te schakelen, moet de iBR-
hendel links op het stuur voor min-
stens 25 % van het bewegingsbe-
114
reik van de hendel worden ingetrok-
ken.
Als de iBR-hendel in achteruit
wordt gebruikt, kan de gashendel
worden gebruikt om het motortoe-
rental - en dus de ontwikkelde
achterwaartse stuwkracht - te rege-
len.
Door zowel de iBR-hendel als de
gashendel gelijktijdig bij te stellen,
kunt u de achterwaartse stuw-
kracht nauwkeurig regelen. Een te
hoog toerental veroorzaakt water-
turbulentie en heeft een negatieve
weerslag op het achteruit varen.
OPMERKING: Het motorvermogen
zal telkens afnemen tot stationair
wanneer de positie van de iBR-
hendel wordt veranderd.
Laat de iBR-hendel los om de wer-
king in achteruit stop te zetten.
Om de achterwaartse snelheid te
stoppen na het loslaten van de iBR-
hendel, moet u voldoende gas ge-
ven.
WAARSCHUWING
De remfunctie heeft geen effect
op bewegingen in achteruit.
In achteruit is het beschikbare mo-
torvermogen beperkt, zodat de
achterwaartse snelheid ook beperkt
is. Toch kunnen in achteruit, naar-
gelang de omstandigheden, snelhe-
den worden bereikt van meer dan
8 km/h.
WAARSCHUWING
Vaar enkel traag achteruit en
dan zo kort mogelijk. Kijk altijd
goed of er geen voorwerpen of
personen achter het vaartuig
zijn.
Bij varen in achteruit moet u het
stuur in de omgekeerde richting
draaien als die waarin u de achter-