nl
9.2
Storingen verhelpen zonder indicatie
Klacht
Gewenste kamertempera-
tuur wordt niet bereikt.
Verwarmen duurt te lang.
Gewenste kamertempera-
tuur wordt ver overschre-
den.
Te grote kamertemperatuur-
schommelingen.
Stijging in plaats van daling
van temperatuur.
Tijdens functie „Sparen" en/
of „Eco" te hoge kamertem-
peratuur.
Verkeerde regeling of geen
regeling.
Alleen de automatische
functie kan worden inge-
steld.
Boiler wordt niet warm.
Als de storing niet kan worden verholpen:
B Neem contact op met een erkend verwar-
mingsinstallatiebedrijf of een erkende klan-
tenservice en geef de storing en de gegevens
van het toestel (zie typeplaatje) op.
Oorzaak
Thermostaatkraan of -kranen te laag
ingesteld.
Verwarmingscurve te laag ingesteld.
Regelaar aanvoertemperatuur van ver-
warmingstoestel te laag ingesteld.
Lucht in de verwarmingsinstallatie.
„Verwarmingssnelheid" te laag inge-
steld.
Verwarmingsradiatoren worden te
warm.
Montageplaats van FW 200 ongunstig,
bijv. bij buitenmuur, in de buurt van
raam, luchtstroom, enz.
Tijdelijke inwerking van warmte van
andere bronnen op de ruimte, bijv.
zonlicht, verlichting, televisie, open
haard, enz.
Tijd van de dag verkeerd ingesteld.
Grote warmteopslag van het gebouw. Kies de schakeltijd voor „Sparen" en/of „Eco"
Busverbinding of busdeelnemer
defect.
Functieschakelaar defect.
Regelaar warmwatertemperatuur op
verwarmingstoestel te laag ingesteld.
Regelaar aanvoertemperatuur van ver-
warmingstoestel te laag ingesteld.
Oplossing
Stel de thermostaatkraan of de -kranen hoger
in.
„Stel Temperatuurniveaus" voor „Verwarmen"
hoger in of laat de verwarmingscurve door
een installateur corrigeren.
Stel regelaar aanvoertemperatuur hoger in.
Beperk eventueel het effect van de solaropti-
malisatie.
Ontlucht de verwarmingsradiatoren en de
verwarmingsinstallatie.
„Verwarmingssnelheid" bijv. op „Snel" inge-
steld.
Stel de thermostaatknop of -knoppen lager in.
„Stel Temperatuurniveaus" voor „Verwarmen"
lager in of laat de verwarmingscurve door een
installateur corrigeren.
Kies een betere plaats voor de FW 200 en laat
deze door een installateur verplaatsen.
„Laat Ruimte-invloed" door een installateur
verhogen.
Kies een betere plaats voor de FW 200 en laat
deze door een installateur verplaatsen.
Controleer de instelling.
vroeger.
Laat de busverbinding door een installateur
volgens het aansluitschema controleren en
indien nodig corrigeren.
Laat FW 200 door een installateur vervangen.
Stel regelaar warmwatertemperatuur hoger
in.
Beperk eventueel het effect van de solaropti-
malisatie.
Zet de regelaar aanvoertemperatuur van het
verwarmingstoestel helemaal naar rechts.
Toestelgegevens
Type:.....................................................................
Bestelnummer:.....................................................
Fabricagedatum (FD...):........................................
Storingen verhelpen | 77
6 720 647 657 (2011/04)