Tabel 29. Opties voor systeeminstallatie - Opstartconfiguratiemenu (vervolg)
Opstartconfiguratie
Aangepaste modus inschakelen
Aangepaste modus Key Management
Tabel 30. Opties voor Systeeminstallatie - Geïntegreerd apparatenmenu
Geïntegreerde apparaten
Datum/tijd
Datum
Tijd
Camera
Camera inschakelen
Audio
Microfoon inschakelen
Interne luidspreker inschakelen
USB-configuratie
USB-opstartondersteuning inschakelen
Tabel 31. Opties voor systeeminstallatie - Storagemenu
Storage
SATA/NVMe-bewerking
Storage-interface
Poortactivering
132
BIOS-instellingen
Hiermee kunt u in- of uitschakelen dat de beveiligingssleuteldatabases PK, KEK, db en
dbx kunnen worden aangepast.
Deze optie is standaard uitgeschakeld.
Hiermee kan de gebruiker de aangepaste waarden voor Expert Key Management
selecteren.
De optie PK is standaard geselecteerd.
Toont de computerdatum in de indeling MM/DD/JJJJ. Wijzigingen aan de datum
worden direct van kracht.
Hiermee stelt u de computertijd in op de 24-uursindeling UU:MM:SS. U kunt
schakelen tussen de 12-uurs- en 24-uursklok. Wijzigingen aan de tijd worden direct
van kracht.
Hiermee wordt de camera in- of uitgeschakeld.
Deze optie is standaard ingeschakeld.
Schakelt de geïntegreerde audiocontroller in of uit.
Alle opties zijn standaard ingeschakeld.
Hiermee kunt u de microfoon in- of uitschakelen.
Deze optie is standaard ingeschakeld.
Hiermee schakelt u de interne luidspreker in of uit.
Deze optie is standaard ingeschakeld.
Hiermee kunt u de ingebouwde USB Boot Support in- of uitschakelen.
Wanneer deze is ingeschakeld, kunnen de USB-apparaten voor massaopslag (zoals
HDD, flash-station, CD/DVD) via de opstartvolgorde of het opstartmenu opstarten.
USB-poorten werken ook in een OS-omgeving.
Wanneer deze optie is uitgeschakeld, kunnen opstartbare USB-apparaten voor
massaopslag niet worden via de opstartvolgorde of het opstartmenu opgestart, maar
de USB-poorten werken wel in een OS-omgeving.
Deze optie is standaard ingeschakeld.
Hiermee kan de gebruiker de bewerkingsmodus van de geïntegreerde
storageapparaatcontroller instellen.
De optie RAID On is standaard geselecteerd.
Hiermee kunt u de schijven op de kaart in- of uitschakelen.
De optie SATA-0 is standaard ingeschakeld.
De optie M.2 PCIe SSD is standaard ingeschakeld.