Technische wijzigingen voorbehouden
52
Schaardrukverstelling
De schaardruk – en hiermee ook de zaaidiepte – is traploos
verstelbaar; bij (50/1, met handzwengel).
Aanduiding (50/2).
Enkele scharen – bv. in de tractorsporen – kunnen door het
omhangen van de veren met verhoogde schaardruk werken.
Veer vooraan (53/1) – verhoogde schaardruk.
Aan de rechter en linker buitenschaar (zie werken met hogere
schaardruk in de wielsporen) wordt de diepgang en daarmee ook
50
de zaaidiepte met aanslagschroeven begrensd (52/1) – Schroef
vastdraaien.
Hydraulische schaardrukverstelling
Op wisselende bodem kan hiermee tijdens het rijden de schaardruk
gewijzigd worden.
De „normale" druk bij (50/1) instellen, de gewenste „maximale"
51
druk in de gatenrand met stekker voorkiezen (51/1).
Voor de bediening is een enkelwerkend tractorstuurventiel vereist;
bij drukvermindering op „normaal" het stuurventiel voldoende lang
op „zakken" houden (olieterugstroming).
Opgelet! Bij drukvermindering is er knellingsgevaar
aan het spindellager (51/2)!
53
21
02.2007