nu654-5_fra_G2.qxd
2/05/02
STARTEN / STILZETTEN VAN DE MOTOR
Starten van de motor
Bijzonderheden auto met start-
vergrendeling
Bij strenge vorst (kouder dan
–20°C): zet eerst het contact enke-
le secondes aan voordat u de
motor start, de motor zal dan ge-
makkelijker aanslaan.
Vergewis u ervan dat de startver-
grendeling niet actief is, zie de
betreffende paragraaf in hoofd-
stuk 1.
Benzinemotor
Warme of koude motor
- Geef bij het starten geen gas.
- Laat de contactsleutel los zodra
de motor is aangeslagen.
Laat nooit de sleutel in het contactslot zitten als u de auto achterlaat met een kind (of een dier) erin. Met
contact aan kan het kind de motor starten en de ruiten bedienen en door het omhoog gaan ervan ernstig wor-
den verwond aan hals, arm, of hand als deze uit de auto steken.
Trek de sleutel niet uit het contactslot voordat de auto geheel tot stilstand is gekomen: als de motor niet draait is er
geen bekrachtiging van de rem- en stuurinrichting en de airbags en gordelspanners werken niet als het contact af staat.
Als de sleutel uit het contactslot is gehaald, blokkeert het stuurslot de stuurinrichting.
14:10
Page 2.03
Dieselmotor
Koude of halfwarme
motor
Draai de contactsleutel in stand
M en houd de sleutel in deze
stand totdat het controlelampje
voorverwarming gedoofd is.
Draai de sleutel tot de stand
«starten» D zonder gas te geven.
Laat de contactsleutel los zodra
de motor is aangeslagen.
nu654-4 - CLIO II C:\Documentum\Checkout\nu654-5_nel_T2.WIN 2/7/2002 15:46 - page 3
Stilzetten van de motor
Laat de motor stationair draaien en
draai de contactsleutel terug in de
stand "Stop".
2.03