Inhoudsopgave
Advertenties
Voor de veiligheid heeft deze unit een ingebouwde digitale gasdruksensor die de
inkomende gasdruk bewaakt en de gebruiker waarschuwt als er een daling wordt
gedetecteerd.
Verwijder de gasinlaatleiding voor het N
-gas. Sluit de gasleiding aan op het
2
gasdrukmeetapparaat.
GESLAAGD: De waarde moet 0,4 – 0,6 bar zijn.
Raadpleeg de secties van de gebruikershandleiding voor meer informatie.
36.5 Voedingsspanning
De spanning ter plaatse moet worden gecontroleerd.
Meet de uitgangsstekker op de UPS waarop de MIRI
of MIRI
Humidity IVF incubator
®
®
met meerdere kamers zal worden aangesloten. Controleer ook of de UPS is aangesloten
op een goed geaard stopcontact.
Gebruik een multimeterset voor AC.
GESLAAGD: 230 V ± 10,0%
115 V ± 10,0%
36.6 Controle van de CO
-gasconcentratie
2
De CO
-gasconcentratie wordt gecontroleerd op afwijking. De gasmonsterpoort aan de
2
zijkant van de unit wordt gebruikt. Gebruik monsterpoort-6 voor validatie.
Denk eraan om ten minste 15 minuten voor aanvang van de test noch tijdens
het testen zelf een deksel te openen.
Sluit de inlaatbuis van de gasanalysator aan op de monsterpoort. Zorg ervoor dat de
pasvorm perfect is en dat er geen lucht in of uit het systeem kan komen.
De gasanalysator moet een gasretourpoort hebben die is aangesloten op de MIRI
of
®
MIRI
Humidity IVF incubator met meerdere kamers (d.w.z. een ander compartiment).
®
Meet alleen terwijl de waarde op de gasanalysator stabiliseert.
Raadpleeg de sectie "13.4.2 CO
-submenu" voor meer informatie over het uitvoeren van
2
de CO
-gaskalibratie.
2
MIRI
en MIRI
Humidity IVF incubatoren met meerdere kamers
78
®
®
gebruikershandleiding rev. 6.1
Advertenties
Inhoudsopgave
