Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Analoge Tankniveau-Ingang; Di Toestand - Walchem Intuition 9 Handleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Naam
Type

5.2.13 Analoge tankniveau-ingang

Instellingen
Raak het Bewerk-pictogram aan om de instellingen voor de sensor te bekijken of te wijzigen.
Alarmen
Dode Band
Reset Kalibratie Waarden Open dit menu om de sensorkalibratie terug te zetten naar de standaardwaarden.
Alarm & datalog
onderdrukking
Eenheden
Tank Capaciteit
Leeg Bij
Vol Bij
Effeningsfactror
Zender
Naam
Type
5.2.14

DI Toestand

Ingangsdetails
De gegevens voor dit type sensoringang omvatten de huidige toestand, met een aangepaste melding voor open/ge-
sloten, alarmmeldingen, de toestand van de vergrendeling en het huidige type ingangsinstelling.
Instellingen
Raak het Bewerk-pictogram aan om de instellingen voor de sensor te bekijken of te wijzigen.
Meld Open
Meld Gesloten
Vergrendeling
Alarm
De naam die gebruikt wordt voor de sensor kan gewijzigd worden.
Selecteer het type sensor dat moet worden aangesloten.
De alarmmeldingsgrenzen Laag-Laag, Laag, Hoog en Hoog-Hoog kunnen worden
ingesteld.
Dit is de dode band van het alarm. Wanneer het Hoog-alarm bijvoorbeeld 7,00 is en
de dode band is 0,1, dan zal het alarm ingeschakeld worden bij 7,01 en uitgescha-
keld bij 6.90.
Wanneer een van de relais of digitale ingangen geselecteerd wordt, worden eventu-
ele alarmmeldingen die betrekking hebben op deze ingang onderdrukt wanneer het
geselecteerde relais of de digitale ingang actief is. Tegelijkertijd tonen alle datalogs
en grafieken die de ingang bevatten, geen gegevens voor de duur van de activering.
Voer de meeteenheden voor de zender.
Voer de inhoud van de tank in bij vol in de meeteenheden die hierboven zijn inge-
voerd.
Voer de mA-uitgang van de niveausensor in wanneer de tank leeg is.
Voer de mA-uitgang van de niveausensor in wanneer de tank vol is.
Verhoog het percentage van de vereffeningsfactor om de reactie op veranderin-
gen te dempen. Met een vereffeningsfactor van 10% bijvoorbeeld zal de volgende
uitlezing bestaan uit een gemiddelde van 10% van de vorige waarde en 90% van de
huidige waarde.
Selecteer het aangesloten zendertype (2-draads inwendige voeding, 2-draads eigen
voeding, 3-draads of 4-draads.
De naam die gebruikt wordt voor de zender kan gewijzigd worden.
Selecteer het type sensor dat moet worden aangesloten.
De bewoording die wordt gebruikt om de toestand van de schakelaar te beschrijven,
kan worden aangepast.
De bewoording die wordt gebruikt om de toestand van de schakelaar te beschrijven,
kan worden aangepast.
Kies of de ingang in de vergrendelde toestand moet zijn als de schakelaar open dan wel
gesloten is.
Kies of een alarm moet worden gegenereerd wanneer de schakelaar geopend of geslo-
ten is, of wanneer er nooit een alarm moet worden gegenereerd.
66

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave