Hint
Bij gebruik van de flitser, komt de flitser automatisch omhoog. Bedek de flitser niet met uw
vingers.
Als u de flitser niet nodig hebt, stelt u van tevoren [Flitsfunctie] in op [Flitser uit]. De flitser
zal niet automatisch omhoog komen.
Opmerking
Tijdens het opnemen met de flitser en de zoom ingesteld op W, kan de schaduw van de
lens zichtbaar zijn op het scherm, afhankelijk van de opnameomstandigheden. Als dit
gebeurt, neemt u op naast het onderwerp, of stelt u de zoom in op T en neemt u het beeld
opnieuw op met de flitser.
Wanneer u de flitser gebruikt om beelden van uzelf op te nemen, let u erop niet
rechtstreeks in het licht te kijken omdat de flitser op korte afstand afgaat.
[43] Hoe te gebruiken
Flitsfunctie
U kunt de flitsfunctie instellen.
1. MENU →
U kunt ook de flitsfunctie instellen door op
drukken.
Menu-onderdelen
Flitser uit:
De flitser werkt niet.
Automatisch flitsen:
De flitser gaat af in donkere omgevingen of bij het opnemen met sterk tegenlicht.
Invulflits:
Elke keer als u op de ontspanknop drukt, gaat de flitser af.
Langz.flitssync.:
Elke keer als u op de ontspanknop drukt, gaat de flitser af. U kunt met de langzame-
flitssynchronisatieopname een helder beeld opnemen van zowel het onderwerp als de
achtergrond door een langere sluitertijd te gebruiken.
Eindsynchron.:
Elke keer wanneer u de ontspanknop indrukt, gaat de flitser af net voordat de belichting is
De opnamefuncties gebruiken
(Camera- instellingen) → [Flitsfunctie] → gewenste instelling.
De flitser gebruiken
(Flitsfunctie) op het besturingswiel te