vertraging van 0,5 seconden. Nu kunt u het origineel loslaten. Als u niet tevreden bent over de manier waarop de
scanner het origineel heeft opgepakt, kunt u tikken op het pictogram
U kunt de actie van het algoritme voor automatische scheefheidscorrectie deactiveren door te tikken op het
pictogram
schakel de instelling de-skew (rechtzetten) uit.
Geen toegang tot de netwerkmap
Als u een netwerkmap hebt ingesteld, maar de printer geen toegang tot deze map heeft, probeert u de volgende
oplossingen:
Controleer of u alle velden correct hebt ingevuld. Zie
●
Controleer of de printer verbinding heeft met het netwerk.
●
Controleer of de externe computer is ingeschakeld, normaal functioneert en verbonden is met het netwerk.
●
Controleer of de map wordt gedeeld en of u over de juiste machtigingen en functionaliteiten beschikt.
●
Controleer of u met de aanmeldingsreferenties van de printer bestanden in dezelfde map kunt plaatsen of
●
lezen (afhankelijk van het functionaliteitsgebruik) vanaf een andere computer in het netwerk.
Controleer of de printer en de externe computer zich in hetzelfde netwerksubnet bevinden; als dit niet het
●
geval is, controleer dan of de netwerkrouters zijn geconfigureerd om het CIFS-protocolverkeer (ook bekend
als Samba) door te sturen.
Scannen naar bestand gaat traag
Door het scannen van grote formaten worden grote bestanden gecreëerd. Dit betekent dat scannen naar
bestand wat meer tijd kan vereisen, zelfs bij optimale systeemconfiguraties en omstandigheden. Dit geldt met
name bij het scannen via een netwerk. Als u echter van mening bent dat het scannen naar bestand met uw
systeem onnodig traag verloopt, dan kunnen de volgende stappen u helpen bij het opsporen en oplossen van
het probleem.
1.
Gebruik het voorpaneel om de status van de scantaak te controleren. Als deze taak onnodig veel tijd vergt,
kunt u de taak selecteren en annuleren.
2.
Controleer of de instelling Resolution (Resolutie) geschikt is voor de taak. Niet alle scantaken vereisen een
hoge resolutie. Als u de resolutie lager instelt, wordt het scanproces versneld. Voor JPEG- en PDF-
scantaken, kunt u ook de instelling Quality (Kwaliteit) aanpassen. Door een lagere kwaliteit te kiezen, wordt
een kleiner bestand gecreëerd.
3.
Controleer uw netwerkconfiguratie. Uw netwerk moet een Gigabit Ethernet zijn of een hogere
overdrachtssnelheid hebben om optimale scansnelheden te bereiken. Als uw netwerk een 10/100
Ethernet-configuratie is, moet u rekening houden met een langzamere overdracht van de scangegevens en
dus lagere scansnelheden.
4.
Neem contact op met uw netwerkbeheerder voor informatie over uw netwerkconfiguratie,
overdrachtssnelheden, scannen-naar-bestand-bestemmingen op het netwerk en mogelijke oplossingen
om de snelheden te verhogen.
114 Hoofdstuk 8 Scannen en kopiëren
of
. Selecteer de quickset die u wilt gebruiken, tik op more settings (meer instellingen) en
en het opnieuw proberen.
Een netwerkmap configureren op pagina
20.
NLWW