10 Beschrijving van de modi
136
NL
MEDUVENT Standard
De modus Manueel is bedoeld als ondersteuning bij de hart-
longreanimatie (overeenkomstig de richtlijnen voor de reanimatie),
de inleiding van de narcose (RSI, Rapid Sequence Induction) of de
handmatige beademing in plaats van een beademingszak. In de
beademingsfase dient u de beademingsteugen toe met
gedefinieerd volume en gedefinieerde drukbegrenzing
(handmatig) via de activeringstoets van de MEDUtrigger. De I:E-
verhouding ligt daarbij altijd bij 1 : 1. De PEEP bedraagt 0 mbar en
is niet instelbaar. De ingestelde drukbegrenzing (pMax) garandeert
de veiligheid van de patiënt. De berekeningsgrondslag voor de O
voedingswaarde is het algoritme 30 : 2. (Hier worden kort na
elkaar 2 beademingsteugen met erop volgende beademingspauze
toegediend.)
Voor de dosering van de maximaal mogelijke zuurstofconcentratie
tijdens een reanimatie in het inspiratiegas (O
voedingswaarde op het display weergegeven. Deze waarde is
afhankelijk van het tidal volume en geeft aan hoeveel zuurstof
moet worden toegevoerd naar het apparaat.
Wanneer de modus Manueel wordt gebruikt om een regelmatige
frequentie toe te dienen, wordt voor de instelling van de
zuurstofconcentratie aanbevolen de weergegeven MVi als
uitgangspunt te nemen.
Om tijdens een reanimatie de kortst mogelijke hands-off tijd te
bereiken houdt u bij een CPR 30 : 2 in de beademingspauze de
MEDUtrigger ingedrukt tot twee inspiraties zijn afgegeven.
Door opnieuw indrukken van de activeringstoets kunnen er
opnieuw maximaal 2 beademingsteugen worden geactiveerd.
i) wordt een
2
-
2