Gebruik van Custom papier > Werkwijze
Werkwijze
De stappen die nodig zijn om vanaf de machine af te drukken met behulp van custom papier zijn als volgt.
1
2
3
Plaats het custom papier in de papierbron.
BELANGRIJK
Als u afdrukt op papier van een ander formaat dan de extra proefafdruk, plaatst u het
papier in een andere cassette dan cassette 1 en specificeert u de papierbron in het
systeemmenu.
De teller controleren (pagina 4-13)
Instellingen cassette 1 (tot 8) (pagina 15-14)
Stel het papierformaat, de papierformaat en het gewicht in.
Papier instellen (pagina 6-3)
OPMERKING
Het papier kan ook voor elke papierbron worden ingesteld vanuit Command Center RX.
Instelling vanaf Command Center RX (pagina 6-17)
Voer een proefafdruk uit en controleer het resultaat.
•
Als er een papierstoring optreedt, past u de papierinvoersnelheid van de hoofdeenheid of
de printkopafstand aan.
Voorkomen van papierstoringen (cassette 1 tot 4) (pagina 6-4)
Wrijven op de afbeelding voorkomen (pagina 6-7)
•
Als er sprake is van dubbele invoer of geen invoer, past u de stroming van de ventilator van
de papierinvoer aan.
Voorkomen van papierstoringen (cassette 5 tot 8) (pagina 6-4)
•
Als de afdrukken niet goed worden afgedrukt als gevolg van het krullen van het papier, past
u de krulgraad aan.
Opkrullen papier verminderen bij uitvoer in rechterlade (pagina 6-5)
Opkrullen papier verminderen bij uitvoer in stapelaar 5000 vel of finisher (pagina 6-6)
•
Als de bovenrand van het papier scheef wordt gevouwen of als er vouwen verschijnen,
gebruik dan de testkaart om het scheeftrekken te corrigeren.
Corrigeren van scheef ingevoerd papier (pagina 6-8)
•
Als de startposities aan de voor- en achterzijde van de afdruk niet op hun plaats zijn,
gebruik dan de testkaart om de posities te corrigeren.
Aanpassen van kleurafwijkingen (pagina 6-15)
•
Als er alleen kleurverloop is op de boven- of onderrand van het papier, gebruikt u de
testkaart om de kleurafwijking aan te passen.
Aanpassen van kleurafwijkingen (pagina 6-15)
6-2