Inhoudsopgave
Advertenties
Gebruik van Custom papier > Instellen vanaf het bedieningspaneel
Instellen vanaf het bedieningspaneel
Papier instellen
Als u papier gebruikt dat niet in de Paper Catalog is opgenomen, volg dan de onderstaande stappen om het papier in te
stellen.
1
2
3
4
5
Roep het scherm op.
Toets [Systeemmenu/Tellers] > [Machine-instellingen] > [Papierinvoer]
Selecteer de papierbron.
Kies uit [Cassette 1 (tot 8) Instellingen] of [Instelling MF-cassette].
Selecteer het papierformaat.
[Handmatig] > [Papierformaat]
Wanneer [Auto (metrisch)] of [Auto (inch)] is geselecteerd, wordt het papierformaat
automatisch gedetecteerd en geselecteerd.
OPMERKING
• Papierformaten die kunnen worden gebruikt in cassettes 3 en 4 zijn A4, Letter en B5.
Raadpleeg een ervaren gebruiker of uw servicetechnicus om het papierformaat in te stellen.
• Papierformaten die door een cassette kunnen worden gedetecteerd zijn A3, A4, A5, A6,
B4, B5, B6, Ledger, Letter, Legal, Statement en Folio.
Selecteer het papiertype.
OPMERKING
Om af te drukken op voorbedrukt papier, geperforeerd papier, briefpapier of mat
inkjetpapier, zie de volgende paragraaf.
Actie speciaal papier (pagina 15-21)
Selecteer het papiergewicht.
U kunt het gewicht voor elke geselecteerde papiersoort opgeven.
VOORZICHTIG
Selecteer geen [Geen] voor het gewicht. Dit kan papierstoringen veroorzaken.
Als het papiergewicht niet correct is ingesteld, kan er inkt op het papier spatten of
kunnen er kleurafwijkingen optreden. Bovendien kan het papier in contact komen met
de printkop en een papierstoring veroorzaken.
6-3
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
