KLIMAAT
1
2
3
Temperatuurregeling
1
Draai om de luchttemperatuur aan
te passen.
Airconditioning
2. CLIMATE
2. CLIMATE
Druk hierop om de airconditioning
2. CLIMATE
te activeren.
2. CLIMATE
Fig. 2
Luchtverdeling
2
2. CLIMATE
Fig. 2
Druk hierop om de luchtstroom te
laten wisselen tussen een combina-
Fig. 2
tie van deze ventilatie-openingen.
A
AB
A
AB
Voetenruimte.
AB
A
AB
AB
Voetenruimte en gezicht.
AB
B
BC
Gezicht.
B
BC
BC
Gezicht en voorruit.
B
BC
BC
Voorruit
BC
C
CA
Voorruit en voetenruimte.
C
CA
CA
Air Distribution Toggle
C
CA
22
CA
Air Distribution Toggle
The Air distribution button toggles
CA
between the following six states:
3
4
5
6
4
5
6
2. CLIMATE
Luchtroosters aanpassen
Beweeg de hendel in het rooster om de
luchtstroom in de gewenste richting te
leiden.
Ontwasemer
Verwarmde achterruit/
deurspiegels
Luchtrecirculatie
Automatische klimaatinstelling
Draaien hieraan om de automati-
sche klimaatinstelling aan te passen.
Klimaatventilator
Draai hieraan om de ventilatorsnel-
heid aan te passen.
De navigatiebalk in het centrale
display gebruiken Display
+ WIDGETTITEL
Selecteer in de navigatiebalk op
het centrale display het picto-
gram voor klimaatregeling om de
beschikbare opties weer te geven:
– Temperatuur.
– Luchtverdeling.
– Ventilatorsnelheid.
– Max A/C.
– Automatische klimaatinstelling.
– Recirculatie.
– Intensiteit stoelverwarming.
Voorinstellingen
Selecteer in de zijbalk van het centrale
display: Algemene instellingen/App-op-
ties > Auto > Klimaat om de instellingen
te tonen voor:
– Recirculatietimer.
– Automatische modus ventilatorinten-
siteit.
– Automatische ruitverwarming achter.
– Stoelverwarming automatisch starten.
Zie het Handboek voor Eigenaren voor
alle informatie over het gebruik van het
centrale display.
+ WIDGETTITEL