Slijpen
Bedieningshandboek, 10/2015, 6FC5398-0EP40-0JA2
<SELECT>
Schakelt in selectielijsten en selectievelden tussen verschillende
weergegeven mogelijkheden verder.
Activeert een aankruisvakje.
Selecteert in de programma-editor of in de programma-manager een
programmablok of een programma.
<SELECT> + <CTRL>
Wisselt bij de markering van tabelregels tussen geselecteerd en niet-
geselecteerd.
<SELECT> + <SHIFT>
Selecteer in selectievensters en in selectievensters de vorige invoer
resp. de laatste invoer.
<END>
Plaatst de cursor in het laatste invoerveld in een venster aan het
einde van een tabel of een programmablok.
Selecteert in selectielijsten en in selectievelden de laatste invoer.
<END> + <SHIFT>
Verplaatst de cursor naar de laatste invoer.
Markeert een samenhangende selectie van de cursorpositie tot aan
het einde van een programmablok.
<END> + <CTRL>
Verplaatst de cursor naar de laatste invoer in de laatste regel van
de actieve kolom of naar het einde van een programma.
<END> + <CTRL> + <SHIFT>
Verplaatst de cursor naar de laatste invoer in de laatste regel van
de actieve kolom of naar het einde van een programma.
Markeert een samenhangende selectie van de cursorpositie tot aan
het einde van een programmablok.
<BACKSPACE>
● In een editveld
Wist links van de cursor een gemarkeerd symbool.
● Navigeren
Wist links van de cursor alle gemarkeerde symbolen.
<BACKSPACE> + <CTRL>
● Editveld
Wist links van de cursor een gemarkeerd woord.
● Navigatie
Wist links van de cursor alle gemarkeerde tekens.
<TAB>
● Laat de cursor in de programma-editor telkens één plaats
inspringen.
● Verplaatst de cursor in de programma-manager naar de
volgende invoer rechts.
Inleiding
2.2 Bedieningspaneelfronten
25