Inhoudsopgave
Advertenties
Code
Beschrijving
1
Softwarefout/hardwarefout.
2
Softwarefout/hardwarefout.
3
Softwarefout/hardwarefout.
4
Hardwarefout microprocessor.
5
Ingangen voor bodemdruk van stempel 1 controleren.
6
Ingangen voor bodemdruk van stempel 2 controleren.
7
Ingangen voor bodemdruk van stempel 3 controleren.
8
Ingangen voor bodemdruk van stempel 4 controleren.
9
Ingangen voor de positieschakelaar "Breed afgestempeld" stempel 1 controleren.
10
Ingangen voor de positieschakelaar "Breed afgestempeld" stempel 2 controleren.
11
Ingangen voor de positieschakelaar "Breed afgestempeld" stempel 3 controleren.
12
Ingangen voor de positieschakelaar "Breed afgestempeld" stempel 4 controleren.
13
Veiligheidsrelais 1, bewakingscontact controleren.
14
Veiligheidsrelais 2, bewakingscontact controleren.
15
Veiligheidsrelais 3, bewakingscontact controleren.
16
Veiligheidsrelais 4, bewakingscontact controleren.
17
Ingangen voor de positieschakelaar "Telescooparm opgelegd" controleren.
18
Als bij het inschakelen van de besturing wordt gezien dat de stempels niet vergrendeld zijn, mag er geen
positieschakelaar voor de stempelhoogte bediend zijn.
19
Joystick 1 van de kabelafst.bedien. werd bij de start van de machine uitgestuurd of is defect.
20
Joystick 2 van de kabelafst.bedien. werd bij de start van de machine uitgestuurd of is defect.
21
De joysticks op het best.paneel werden bij de start van de machine uitgestuurd of zijn defect (vrijgavecon-
tact).
22
De joysticks op de kabelafst.bedien. werden bij de start van de machine uitgestuurd of zijn defect (vrijga-
vecontact).
23
Joystick 1 van het best.paneel werd bij de start van de machine uitgestuurd of is defect.
24
Joystick 2 van het best.paneel werd bij de start van de machine uitgestuurd of is defect.
25
Joystick 3 van het best.paneel werd bij de start van de machine uitgestuurd of is defect.
26
Joystick 4 van het best.paneel werd bij de start van de machine uitgestuurd of is defect.
27
Knop 1 van de kabelafstandsbediening werd bediend of is defect.
28
Knop 2 van de kabelafstandsbediening werd bediend of is defect.
29
Knop 3 van de kabelafstandsbediening werd bediend of is defect.
30
Knop 4 van de kabelafstandsbediening werd bediend of is defect.
31
De knevelschakelaar voor de activering van de beweging Kooidraaien op de kabelafstandsbediening
werd bediend of is defect.
32
De knevelschakelaar voor de activering van de bewegingen op de kabelafstandsbediening werd bediend
of is defect.
33
De knevelschakelaar voor de activering van de automatische afstempeling op de kabelafstandsbediening
werd bediend of is defect.
34
Een van de knevelschakelaars voor de instelling van het kooiniveau werd bediend of is defect.
35
Bij het inschakelen van de machine was spanning aan de uitgangszijde aanwezig of een uitgangsdriver is
defect.
36
De spanning van de back-up-accu bedraagt meer dan 4 V, accu vervangen of hardwarefout in de bestu-
ring.
37
De voedingsspanning is tot onder 17 V gedaald.
254
Storingen
25-5-2020
Advertenties
Inhoudsopgave
