4
Extra apparatuur
Extra apparatuur
De ruitenwissers en ruiten-
sproeiers (variant) bedienen
Door op de softkey te drukken, wordt er in
de hieronder aangegeven volgorde tussen de
bedieningsniveaus omgeschakeld.
Druk op de softkey
Eerste keer
Tweede keer
Derde keer
Ingedrukt houden
(mogelijk op alle be-
dieningsniveaus)
Voorruitwisser en -sproeier
– Druk op de softkey
ningsniveau "Aan" te activeren.
Het bedieningsniveau "Aan" is geactiveerd.
Het symbool (3) verschijnt.
– Om het bedieningsniveau "Intermitterend"
te activeren, drukt u opnieuw op de softkey.
Het symbool (2) wordt weergegeven met een
oranje achtergrond.
– Om het bedieningsniveau "Ruitensproeier"
te activeren, houdt u de softkey ingedrukt.
Het bedieningsniveau "Ruitensproeier" is ge-
activeerd. Het symbool (4) wordt weergege-
ven zolang de softkey wordt ingedrukt.
– Zodra de ruit schoon is, laat u de softkey
los.
OPMERKING
Als de machine een dakruit heeft, wordt door
het activeren van de "voorruitsproeier" tegelij-
kertijd de wisser-/sproeierfunctie voor de dak-
ruit geactiveerd.
Het vorige bedieningsniveau wordt opnieuw
geactiveerd.
336
Bedieningsniveau
Uit
Aan
Intermitterend
Uit
Ruitensproeier
(1) om het bedie-
57378011505 NL - 12/2023 - 09
Bediening
6219_003-069_V2