Opmerking: U kunt om het even welke combinatie
van opvulstukken boven of onder de naaf van de
zwenkwielarm monteren, zoals vereist voor het
bereiken van de gewenste maaihoogte of het gewenste
maaidekniveau.
1. Klemkapje
2. Afstandsstukken (6)
3. Opvulstukken (2 boven en
2 onder)
5. Monteer 2 opvulstukken op de as (zoals bij de
oorspronkelijke montage) en schuif het nodige aantal
afstandsstukken op de as om de gewenste maaihoogte
te verkrijgen.
6. Druk de zwenkwielas door de zwenkwielarm.
7. Plaats de opvulstukken (zoals deze oorspronkelijk zijn
geplaatst) en de overige afstandsblokken op de spilas.
8. Monteer het klemkapje om alles goed vast te zetten.
Glijders afstellen
Monteer de buitenste glijders in de laagste stand als de
machine wordt gebruikt bij een maaihoogte van meer dan 64
mm en in de hoogste stand als de machine wordt gebruikt bij
een maaistand van minder dan 64 mm.
Opmerking: Als de buitenste glijders slijten, kunt u ze
omdraaien en op de andere kant van het maaidek monteren.
Zo kunt u de buitenste glijders langer gebruiken voordat u ze
moet vervangen.
Stel de buitenste glijders af
Belangrijk: Draai de schroef vooraan de buitenste
glijders aan tot 9 à 11 Nm.
Figuur 27
4. Montage-opening
bovenste as
5. Zwenkwiel
(Figuur
28).
De antiscalpeerrollen van het
maaidek afstellen
Monteer de maatwielen en de rol van het maaidek in de laagste
stand als de machine wordt gebruikt bij een maaihoogte van
meer dan 64 mm en in de hoogste stand als de machine wordt
gebruikt bij een maaistand van minder dan 64 mm.
De rol instellen
1. Verwijder de schroef en de moer waarmee de rolschacht
vastzit aan de maaidekbeugel
30
Figuur 28
(Figuur
29).