2
2-5 De EX7750 in een TCP/IP-netwerk met Windows 2000/XP
De installeren als EX7750 gedeelde printer
De eerste stap bij het definiëren van een printer is het installeren van de
printerstuurprogrammabestanden, zodat uw toepassingen toegang krijgen tot de
printerfuncties. U kunt gebruikmaken van de installatie-instructies in de
Installatiegids
gebruikerssoftware
voor elk werkstation dat rechtstreeks en onafhankelijk zal afdrukken
naar de EX7750. Als u echter een beheerder bent die gebruikmaakt van een
Windows 2000-server of Windows 2000/XP-werkstation, dan kunt u ook een printer
definiëren en deze delen met clients in het netwerk. Hierdoor kunnen clients die geen
toestemming hebben om een onafhankelijke netwerkverbinding met de EX7750 tot
stand te brengen, via de server afdrukken.
Tijdens de installatie van de printerbestanden van de EX7750 kunt u instellen dat
de printer moet worden gedeeld. Als u de EX7750-printerbestanden nog niet hebt
geïnstalleerd op de computer die u gebruikt als Windows 2000-afdrukserver, doet
u dat nu volgens de instructies in de
Installatiegids
gebruikerssoftware. Voer tijdens
de installatie de gegevens in die nodig zijn om de EX7750 te delen.
Als u de EX7750-printerbestanden al hebt geïnstalleerd op de computer die u gebruikt
als Windows 2000-afdrukserver, raadpleegt u de Windows-documentatie voor
informatie over het delen van de EX7750.
Als er meerdere EX7750-afdrukverbindingen worden gepubliceerd (bijvoorbeeld zowel
de afdrukwachtrij als de blokkeringswachtrij), kunt u een printer definiëren voor elke
afdrukverbinding, zodat u en andere gebruikers rechtstreeks naar elke verbinding
kunnen afdrukken. Als u wordt gevraagd een printernaam op te geven, voert u een
naam in die verwijst naar de EX7750-afdrukverbinding.