De Master is klaar voor gebruik.
De actieve toepassingen worden aangeduid met een groene cirkel.
De momenteel actieve toepassingen worden aangeduid met een dynamische blauwe
cirkel.
In het gebied (1) kunnen alle geconfigureerde toepassingen geopend en gepa-
rametreerd worden.
4.2 Home/hoofdmenu
Gebied (1) bevat pictogrammen voor alle actieve toepassingen.
Verder geeft het hoofdmenu ook de volgende functies weer:
Toepassingen (2)
Heen en weer schakelen tussen de actieve toepassingen, bijv. om de para-
meterinstelling aan te passen.
Handmatige functies
Handmatige bediening van de geregistreerde kleppen.
Instellingen
(4)
Aanpassen van algemene systeeminstellingen.
Protocollen
(5)
Protocollen van tot dusver uitgevoerde processen bekijken.
Netwerkstatus (6)
Weergave van de verbinding met het Internet en Hycleen Connect.
Help (7)
De helpfunctie voor de huidige activiteit bekijken (gebruiksaanwijzing).
(3)
4 Werken met de Master
31