Foutcodes in het rapport voor draadloos LAN
Als op het draadloos LAN-rapport wordt vermeld dat de verbinding mislukt is, controleert u de foutcode op het
afgedrukte rapport en raadpleegt u de overeenstemmende instructies in de tabel:
Foutcode
Probleem en suggesties voor oplossingen
TS-01
WLAN (Wi-Fi) is niet ingeschakeld.
Controleer de volgende punten en probeer opnieuw uw draadloze verbinding in te stellen:
•
•
TS-02
De draadloze router/toegangspunt kan niet worden gedetecteerd.
Controleer de volgende punten en probeer opnieuw uw draadloze verbinding in te stellen:
•
•
•
•
•
TS-03
De netwerk- en beveiligingsinstellingen voor het draadloze bedrijfsnetwerk zijn misschien niet
correct.
Controleer de volgende punten en probeer opnieuw uw draadloze verbinding in te stellen:
Controleer de volgende informatie:
-
-
Als u de netwerknaam (SSID) en beveiligingsgegevens nog steeds niet kunt vinden, bekijk dan de
documentatie bij de draadloze router/toegangspunt of neem contact op met de fabrikant van de
router, de systeembeheerder of de internetaanbieder.
TS-04
Het apparaat ondersteunt de verificatie-en versleutelingsmethoden niet die de geselecteerde
draadloze router/toegangspunt gebruikt.
Voor de infrastructuurmodus (meest gebruikelijk)
Wijzig de verificatie- en versleutelingsmethoden van draadloze router/toegangspunt. Het apparaat
ondersteunt de volgende verificatie- en versleutelingsmethoden:
•
•
•
•
Als het probleem niet is opgelost, zijn de ingevoerde netwerknaam (SSID) of
veiligheidsinstellingen misschien niet correct. Controleer of alle instellingen voor het draadloze
netwerk correct zijn.
TS-05
De netwerknaam (SSID) en netwerksleutel (wachtwoord) zijn onjuist.
Controleer de volgende punten en probeer opnieuw uw draadloze verbinding in te stellen:
•
•
•
•
Schakel de wifi-instelling op uw apparaat in.
Als er een netwerkkabel op uw apparaat is aangesloten, koppel die dan los.
Zorg ervoor dat de draadloze router/toegangspunt aan staat.
Zet het apparaat tijdelijk dichterbij de draadloze router/toegangspunt wanneer u de draadloze
instellingen configureert.
Als uw draadloze router/toegangspunt MAC-adresfiltering toepast, controleer dan of het
MAC-adres van het apparaat is toegelaten in het filter. U kunt het MAC-adres vinden door het
netwerkconfiguratierapport af te drukken.
Als u de netwerknaam (SSID) en beveiligingsgegevens (verificatiemethode/
versleutelingsmethode) handmatig hebt ingevoerd, is de informatie misschien niet correct.
Controleer de netwerknaam en beveiligingsgegevens en voer de juiste informatie in.
Start de draadloze router/toegangspunt opnieuw op. Als u de netwerknaam (SSID) en
beveiligingsgegevens niet kunt vinden, bekijk dan de documentatie bij de draadloze router/
toegangspunt of neem contact op met de fabrikant van de router, de systeembeheerder of de
internetaanbieder.
De netwerknaam (SSID) die u hebt geselecteerd bij het configureren van het apparaat.
De beveiligingsgegevens die u hebt geselecteerd bij het configureren van het apparaat (zoals
de verificatiemethode, versleutelingsmethode of gebruikers-ID).
WPA-Personal:
TKIP / AES
WPA2-Personal:
TKIP / AES
Open:
WEP / NONE (zonder versleuteling)
Gedeelde sleutel:
WEP
Controleer de netwerknaam (SSID) en netwerksleutel (wachtwoord).
Als de netwerksleutel hoofdletters en kleine letters heeft, zorg er dan voor dat u ze correct
invoert.
Als u de netwerknaam (SSID) en beveiligingsgegevens niet kunt vinden, bekijk dan de
documentatie bij de draadloze router/toegangspunt of neem contact op met de fabrikant van
de router, de systeembeheerder of de internetaanbieder.
Als de draadloze router/toegangspunt WEP-versleuteling gebruikt met meerdere WEP-
sleutels, schrijf dan de eerste WEP-sleutel op en gebruik alleen deze.
78