2.2 Een batterij installeren
Waarschuwing
voorkomen dat er water of verontreiniging in de pompbehuizing binnendringt. Het
batterijdeksel is correct geïnstalleerd en vastgezet als de groef in het
batterijdeksel loodrecht t.o.v. de behuizing van de insulinepomp staat. Hierdoor
wordt het binnendringen van water/verontreiniging voorkomen.
Voorzichtig
Voor de pomp is één AAA 1,5 V batterij benodigd. Gebruik een nieuwe
AAA alkaline batterij. Gebruik geen koolstof/zink-batterijen in uw pomp.
Koolstof/zink-batterijen zijn niet compatibel met deze pomp.
Voorzichtig
Lithium-batterijen worden niet aanbevolen, omdat de ladingsindicator
van de batterij dan mogelijk niet nauwkeurig werkt.
11
Vervang de batterij in een schone en droge omgeving om te
1. Open het batterijdeksel door deze 45
graden rechtsom te draaien.
Tip Gebruik een muntstuk om de batterijdop
gemakkelijk te kunnen draaien.
2. Plaats de alkaline AAA-batterij (+)
bovenaan en (-) onderaan (in de
pomp).
3. Plaats de batterijdop terug op één lijn
met de bevestigingsnokken. Draai 45
graden tegen de klok in om vast te
zetten en te vergrendelen.
4.
Voltooid wanneer de groef van de
batterijdop recht is uitgelijnd met de
dop van het reservoir.
Vergrendeld
Open