uuUw voertuig parkerenuParkeersensorsysteem
Parkeersensorsysteem
De hoek- en middensensoren en sensoren aan de zijkant
voertuig en de zoemer en het audio-/informatiescherm informeren u over de geschatte afstand
tussen uw voertuig en het obstakel.
■
De sensorlocatie en -bereik
Hoeksensoren voor
a
Hoeksensoren achter
b
Middensensoren voor
c
Middensensoren achter
d
Sensoren aan de zijkant (modellen met Honda Parkeerassistent)
e
* Niet beschikbaar op alle modellen
512
*
controleren op obstakels rondom uw
1Parkeersensorsysteem
Zelfs wanneer het systeem aan is, dient u voor het parkeren
altijd te controleren of er geen obstakel bij uw voertuig is.
Het is mogelijk dat het systeem niet correct werkt als:
•
De sensoren bedekt zijn met sneeuw, ijs, modder of vuil.
•
Het voertuig zich op een ongelijk wegdek bevindt, zoals
gras, bobbels of een heuvel.
•
Het voertuig in warm of koud weer gereden heeft.
•
Het systeem wordt beïnvloed door apparaten die ultrasone
golven uitzenden.
•
Er in slecht weer gereden wordt.
Het systeem zou de volgende zaken niet kunnen waarnemen:
•
Dunne of lage objecten.
•
Geluidsabsorberende materialen, zoals sneeuw, katoen of
spons.
•
Objecten direct onder de bumper.
•
Obstakels die zich direct vóór de bumper bevinden.
Bevestig geen accessoires aan of bij de sensoren.