Opties
Voor de droger zijn de volgende opties beschikbaar:
Drukdauwpunt-sturing
Isolatie en beveiliging tegen aanraken
Aanpassing voor gebruik buiten
Bijverwarming, vorstbescherming
Aanzuigkoppeling voor regeneratielucht
Aanzuigfilter voor regeneratielucht
Kringloopregeneratie (Loop-koeler)
Stoomwarmtewisselaar in plaats van elektrische verhitter
Verhittercombinatie stoom/elektrisch
Voor lakinstallaties geschikte uitvoering
Drukdauwpunt-sturing
Met behulp van een drukdauwpunt-sturing kunt u de droger ook in een variabele
cyclus laten werken. In de starre cyclus geschiedt de omschakeling na een
vastgestelde tijd (standaard na 6 uur). In de variabele cyclus geschiedt de
omschakeling op basis van het bereikte drukdauwpunt en de lading droogmiddel.
De adsorptietijd bedraagt in de variabele cyclus maximaal 24 uur.
Isolatie en beveiliging tegen aanraken
Door isolatie van de droger wordt de energiebehoefte tijdens de verhittingsfase
van de regeneratie gereduceerd. De droger moet zonder meer worden
geïsoleerd om lage drukdauwpunten te bereiken en als hij op een plaats staat,
waar hij wordt blootgesteld aan grote luchtwisselingen (wind, tocht, enz.).
De volgende componenten worden geïsoleerd:
de tanks van de droger;
de verhitter.
Aanpassing voor gebruik buiten
De droger is standaard geschikt voor gebruik binnen en niet voor gebruik buiten,
aangezien de werking en de levensduur door de volgende factoren kunnen
worden beïnvloed:
vocht in de omgeving door regen (of andere neerslag) ;
corrosie door vocht in de omgeving of zouthoudende omgeving;
bevriezen van ventielen, kranen, kleppen en andere componenten bij lage
temperaturen.
Daarom moet als opstelling buiten wordt gepland, deze altijd vooraf met de
fabrikant worden afgesproken, zodat er specifieke constructiemaatregelen voor
de plaats van opstelling kunnen worden voorzien.
Bijverwarming / vorstbescherming
Bij opstelplaatsen met temperaturen van beneden +1 ºC moet de kant waar de
perslucht de droger binnenkomt (of bij een aanwezig voorfilter de kant waar de
perslucht het filter binnenkomt) worden voorzien van een bijverwarming om te
voorkomen dat ventielen, kranen, kleppen en andere componenten bevriezen.
22
WVM_BASIS_NL_03—07/2016