Problemen oplossen
Wijzig [papierbron] in [papiersoort] [papierformaat]. Plaats [afdrukstand]
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
•
Plaats papier van de juiste soort en het juiste formaat in de lade en druk op
printer.
Opmerking: Controleer of de instellingen voor papierformaat en papiersoort zijn opgegeven in het menu Papier
op het bedieningspaneel van de printer.
•
Annuleer de afdruktaak.
Sluit voorklep
Sluit de voorklep van de printer.
Flashgeheugen vol [52]
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
•
Druk op het bedieningspaneel van de printer op
•
Verwijder lettertypen, macro's en andere gegevens uit het flashgeheugen. Blader op het bedieningspaneel van de
printer naar:
>Instellingen >
•
Gebruik een flashgeheugenkaart met een grotere capaciteit.
Opmerking: Gedownloade lettertypen en macro's die niet eerder zijn opgeslagen in het flashgeheugen, worden
verwijderd als u de printer uitschakelt op opnieuw opstart.
Flashgeh. niet geformat. [53]
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
•
Druk op het bedieningspaneel van de printer op
afdrukken.
•
Formatteer het flashgeheugenapparaat.
Opmerking: Als het foutbericht niet verdwijnt, is het flashgeheugenapparaat mogelijk beschadigd en moet het
wellicht worden vervangen.
Defect. flashgeheugen [51]
Probeer een of meer van de volgende oplossingen:
•
Vervang de beschadigde flashgeheugenkaart.
•
Druk op het bedieningspaneel van de printer op
•
Annuleer de huidige afdruktaak.
>Afdrukinstellingen >
om het bericht te wissen en door te gaan met afdrukken.
>Menu Extra >
>Flash formatteren >
om de defragmentatie te stoppen en door te gaan met
om het bericht te negeren en door te gaan met afdrukken.
op het bedieningspaneel van de
>Ja >
115