of dwars op een helling maait. Tractieverlies
kan ertoe leiden dat de machine gaat schuiven
en dat u de controle over de remmen en het
stuur verliest.
– Wees bijzonder voorzichtig bij het werken
met de machine bij randen, sloten, taluds,
water hazards en andere gevaarlijke plekken.
De machine kan plotseling omslaan als de
tractie-eenheid over de rand gaat of de rand
instort. Hou een veilige marge aan tussen de
machine en gevaarlijke plekken.
– Spoor gevaren onderaan de helling op.
Starten van de motor
Opmerking:
Voor afbeeldingen en beschrijvingen
van de bedieningsorganen die worden genoemd in
dit hoofdstuk, zie het hoofdstuk
(bladz.
12).
Opmerking:
Verzeker dat de bougiekabel op de
bougie zit.
1.
Verzeker dat de tractiehendel en messenkooi-
hendel op N
EUTRAAL
Opmerking:
De motor kan niet gestart worden
als de tractiehendel op I
2.
Verzeker dat de brandstofklep open staat.
3.
Zet de aan/uit-schakelaar op A
4.
Zet de gashendel op S
5.
Zet de chokehendel halverwege tussen C
en L
bij het starten van een koude motor.
OPEN
Opmerking:
Als u een warme motor start,
hoeft u de choke niet te gebruiken.
6.
Trek aan de handgreep van het startkoord totdat
dit aangrijpt, trek dan krachtig om de motor te
starten.
Belangrijk:
Trek het startkoord niet door
tot het einde en laat de handgreep niet los
bij het trekken aan het startkoord, dat zou
kunnen leiden tot breuk van het koord of
beschadiging van de starteenheid.
7.
Zet de de chokehendel op L
warm wordt.
De motor afzetten
1.
Zet de tractiehendel en messenkooi-hendel op
U
.
ITGESCHAKELD
2.
Zet de gashendel op L
3.
Zet de aan/uit-schakelaar op U
4.
Voor het opbergen of transporteren van de
machine: sluit de brandstofklep.
Bedieningsorganen
/U
staan.
ITGESCHAKELD
staat.
NGESCHAKELD
.
AN
.
NEL
HOKE
als de motor
OPEN
.
ANGZAAM
.
IT
De transmissie vrijstellen
Als de machine uitvalt, kunt u de trommel losmaken
van de transmissie en zo de machine bewegen.
1.
Zoek aan de rechterachterhoek van de machine
de hendel om de tractie in en uit te schakelen.
Deze bevindt zich naast de trommel van de
aandrijfbehuizing
1. Aan-/uithendel tractie –
INGESCHAKELD
2.
Draai de hendel voorzichtig achteruit om de
transmissie van de trommel los te koppelen.
VOORZICHTIG
De veerbelaste hendel kan tegen uw hand
slaan als u de hendel niet voorzichtig
draait.
Draai de hendel voorzichtig.
3.
Beweeg de machine zoals gewenst.
Belangrijk:
vermijden dat u de machine moet slepen. Als
het absoluut noodzakelijk is om de machine
te slepen, sleep deze dan nooit sneller dan
4,8 km/u en koppel de transmissie altijd los
van de trommel. Als u dit niet doet, zult u
waarschijnlijk schade toebrengen aan de
machine.
4.
Sleep de machine en draai vervolgens de
hendel voorwaarts om de transmissie aan de
trommel te koppelen.
Opmerking:
De bedrijfsrem werkt nog altijd als de
transmissie losgekoppeld is van de trommel.
25
(Figuur
30).
Figuur 30
2. Aan-/uithendel tractie –
UITGESCHAKELD
Probeer indien mogelijk te
g032413