De riemspanner van
de transmissie in- en
uitschakelen
De transmissieriem wordt aangespannen door een
veerbelaste spanpoelie. Als u de riemspanning
wenst te verhogen of verlagen, draai de as voor
in-/uitschakeling dan naar de gewenste stand met
een sleutel van 3/8 inch
een kwartslag (90°) rechtsom te draaien, maakt u de
spanpoelie los van de riem
Opmerking:
U moet de spanning van de riem halen
alvorens het deksel van de transmissie te verwijderen
Opmerking:
De transmissieriem heeft de
juiste spanning als de markeringen van het
transmissiedeksel en de koppelas overeenkomen.
Figuur 47
1. I
NGESCHAKELD
(Figuur
46). Door de as
(Figuur
47).
2. U
ITGESCHAKELD
Onderhoud
bedieningsysteem
De tractiebediening
afstellen
Als de tractieregeling tijdens gebruik niet goed werkt
of slipt, moet deze afgesteld worden.
1.
Schakel de tractiebediening I
2.
Meet de afstand van de pen aan een uiteinde
van de veer van de tractiebediening
als deze niet tussen 7,3 cm en 7,6 cm ligt, moet
u de koppeling afstellen volgens onderstaande
stappen.
g019886
1. Meet deze afstand (deze
moet 7,3 cm tot 7,6 cm
bedragen).
2. Veer van tractiebediening
3. Gaffelpen
A.
Schakel de hendel van de tractiebediening
uit.
B.
Draai de contramoer van het spanslot los
en verwijder de gaffelpen; maak daarbij de
veer los van het spanslot
C.
Draai het spanslot naar binnen of naar
buiten om de gewenste lengte te verkrijgen.
D.
Monteer het spanslot op de veer; gebruik
hierbij de gaffelpen.
37
.
N
(Figuur
Figuur 48
4. Spanslot
5. Contramoer
(Figuur
48).
48);
g032417