De bedieningsorganen gebruiken
na het maaien
1.
Rij de machine van de green, zet de
messenkooi-aandrijving en tractieregeling op
U
en schakel de motor uit.
ITGESCHAKELD
2.
Maak de grasvanger leeg, zet de grasvanger op
de machine, en transporteer de machine naar
de stalling.
Na gebruik
Veiligheid na het werk
Algemene veiligheid
•
Na het maaien moet de gashendel terug worden
gezet voordat de motor wordt afgezet. Als de
motor een brandstofklep heeft, sluit deze dan na
het maaien.
•
Verwijder gras en vervuiling van de machine om
brandgevaar te verminderen. Veeg gemorste olie
en brandstof op.
De machine transporteren
Na het maaien: transporteer de machine van
de werkplek, zie
De machine transporteren met
de transportwielen (bladz. 23)
transporteren op een aanhanger (bladz.
of
De machine
23).
27