Wanneer een netwerkapparaat zichzelf automatisch configureert door een IP-adres te ontvangen van de DHCP
service, kan dit IP adres anders zijn dan de vorige keer dat het apparaat wordt uitgeschakeld, of de volgende
keer dat het wordt ingeschakeld. Dit kan ertoe leiden dat het apparaat wordt getoond als "offline" wanneer de
poortinstellingen van de driver zijn geconfigureerd met het oorspronkelijke IP adres. Dit kan op ten minste drie
manieren worden voorkomen:
Verleng de leasetijd van uw DHCP-server.
●
Stel een vast IP adres in voor uw printer, zodat dit niet wordt gewijzigd door DHCP.
●
Configureer de printer en de driver zo dat verwezen wordt naar de hostnaam in plaats van naar het
●
numerieke IP adres.
Vaste IP
Stel een vast IP adres in voor de printer via het front panel.
1.
Ga naar het front panel en tik op
2.
Onder aan het scherm tikt u op Settings (Instellingen) > Advanced setup (Geavanceerde configuratie) > IP
settings (IP-instellingen) > OK > Manual (Handmatig). Voer het IP adres, het subnetmasker en de gateway in
(deze instellingen worden verstrekt door u netwerkbeheerder).
Hostnaam
U kunt de hostnaam gebruiken in plaats van het numerieke IP adres:
1.
Ga naar het front panel en tik op
2.
Noteer het IP adres en de hostnaam (HPXXXXXX-indeling).
3.
Als op uw computer Windows wordt uitgevoerd, gaat u naar Control Panel (Configuratiescherm) > Printers,
klikt u met de rechtermuisknop op Properties (Eigenschappen) > Ports (Poorten) > Configure Port (Poort
configureren) en voert u in het veld Printernaam of IP-adres de hostnaam in.
Problemen met kabelnetwerk
Als u de HP-software die bij de printer wordt geleverd niet kunt installeren, controleer dan het volgende:
Controleer of:
Alle kabels stevig op de computer en de printer zijn aangesloten.
●
Het netwerk functioneert en de netwerkhub is ingeschakeld.
●
Alle toepassingen moeten zijn afgesloten of uitgeschakeld voor computers met Windows, inclusief eventuele
●
antivirusprogramma's, antispywareprogramma's en firewalls.
De printer is geïnstalleerd op hetzelfde subnet als de computers die gebruik gaan maken van de printer.
●
Als het installatieprogramma de printer niet kan vinden, drukt u de netwerkconfiguratiepagina af en voert u
handmatig het IP adres in het installatieprogramma in. Zie
informatie.
Het is niet aan te raden de printer een vast IP adres te geven, maar desondanks kunnen sommige
installatieproblemen (bijvoorbeeld als gevolg van een conflict met een persoonlijke firewall) mogelijk worden
opgelost door dit toch te doen. Zie
100
Hoofdstuk 14 Problemen oplossen met datacommunicatie
of
.
of
.
Netwerkconfiguratiepagina op pagina 104
Communicatieproblemen tussen de computer en de printer op pagina 99
voor meer