60
Bediening
Kopiëren
Kopiëren van de videorecorder
naar dvd
U kunt de inhoud van een videoband kopiëren naar
een dvd door op de toets KOPIËREN te drukken.
Zodoende kunt u uw oude videobanden archiveren
op dvd.
1. Plaats een lege dvd in de dvd-recorder en sluit
de schijflade.
2. Plaats de videoband die u wilt kopiëren in de
videorecorder.
3. Selecteer de VCR-modus door op de
afstandsbediening op de toets VCR te drukken
of door op het voorpaneel op DVD/VCR te
drukken.
4. Zoek het punt op de videoband waar u het
4
kopiëren wilt starten door gebruik te maken van
de functies PLAY, FF, REW en PAUSE. Voor het
beste resultaat pauzeert u het afspelen op het
punt waar het opnemen moet worden gestart.
5. Druk op de toets DUBBING.
Het menu Kopiëren verschijnt.
6. Gebruik de toetsen a/d om [Ja] te selecteren
en druk dan op ENTER (b)
7. Als u het kopiëren tussentijds wilt stoppen,
drukt u op de toets Z (STOP).
Het kopiëren wordt automatisch gestopt
wanneer het eind van de videoband is bereikt.
,
Opmerking
Als u tijdens de modus Kopiëren op PAUZE
drukt, wordt zowel de dvd als de videorecorder
gepauzeerd en knippert de toets KOPIËREN
op voorpaneel. Wanneer het afspelen wordt
onderbroken, kunt u de afspeelpositie van
de videorecorder aanpassen met PLAY, REW,
FF, PAUSE/STEP, enz. De dvd-recorder blijft in
de pauzestand staan. Vervolgens kunt u het
kopiëren hervatten.
Opnemen via een DV-ingang
Kopiëren van DV
U kunt een DV-kabel gebruiken om een DV-
camcorder aansluiten op deze recorder voor de
invoer en uitvoer van audio, video, gegevens en
bedieningssignalen.
y Deze recorder is alleen compatibel met
DV-camcorders (DVC-SD, DV25). Digitale
satellietontvangers en D-VIDEO-recorders zijn
niet compatibel.
y U kunt slechts één DV-camcorder tegelijkertijd
op deze recorder aansluiten.
y U kunt deze recorder bedienen via externe
apparatuur die is aangesloten op de DV IN-
aansluiting (inclusief twee recorders).
y Het is niet altijd mogelijk om de aangesloten
camcorder via de DV IN-aansluiting te bedienen.
y Digitale camcorders nemen het geluid
doorgaans op als stereo 16-bit/48kHz of dubbele
stereosporen van 12-bit/32kHz. Deze recorder
kan slechts één stereo audiospoor opnemen.
Stel voor [DV Opname Audio] de optie Audio 1
of Audio 2 in (zie pagina 31).
y De audio-invoer naar de DV IN-aansluiting moet
32 of 48 kHz zijn (niet 44,1 kHz).
y Mogelijk treedt er storing in het beeld van de
opname op wanneer de broncomponent het
afspelen onderbreekt, een gedeelte van de
band afspeelt dat geen opnamen bevat, er een
stroomstoring optreedt in de broncomponent of
wanneer de DV-kabel wordt losgekoppeld.