Een opnamemodus selecteren
U kunt een optimale opname maken door eenvoudig de juiste
opnamemodus te selecteren.
Auto
Handmatig
Macro
Portret
Landschap
Night
Snapshot
Binnen
Onder
water
Handmatig
62
Opnamemodus
Bijna alle instellingen worden automatisch gekozen (p. 55).
U kunt zelf de belichting, de witbalans en het kleureffect
instellen.
U kunt het onderwerp tot op 3 cm naderen om een opname te
maken (p. 64).
Gebruik deze modus wanneer u het onderwerp scherp wilt
weergeven en de achtergrond vaag. U kunt ook minimale
variaties in huid- en haartinten vastleggen voor schitterende
beelden. Als u een opname maakt waarbij het hoofd en de romp
van een persoon het grootste deel van het LCD-scherm vullen,
kunt u de achtergrond effectief laten vervagen.
Gebruik deze modus om landschappen te fotograferen. In deze
modus kunt u ook scherpstellen op objecten in de verte bij
composities waarin objecten op de voor- en achtergrond
worden gecombineerd.
In deze modus kunt u in de schemering of in het donker
scherpe opnamen van personen maken zonder een statief te
gebruiken.
Hiermee voorkomt u vage opnamen door het bewegen van de
camera en blijven de ware kleuren van een onderwerp
behouden wanneer u opnamen maakt bij TL-licht of lamplicht.
De belichting wordt zodanig ingesteld dat het gebruik van de
flitser zo veel mogelijk wordt vermeden.
Deze modus is geschikt voor het maken van opnamen met de
waterdichte behuizing AW-DC10 (afzonderlijk verkrijgbaar). De
witbalans wordt optimaal ingesteld om blauwige tinten te
verminderen en opnamen te maken met natuurlijke kleuren.
Portret
Landschap