R RAW-opnamen met de camera verwerkenN
Het instelscherm weergeven
Druk op <0> om het instellingenscherm
voor de geselecteerde functie weer te
geven. Draai het instelwiel <5> of
<6> om de instelling te wijzigen. Druk
op <0> om het instellen te voltooien en
terug te gaan naar het vorige scherm.
Sla de opname op.
4
Selecteer [W] (Opslaan) en druk
vervolgens op <0>.
Wanneer u [OK] selecteert, wordt de
JPEG-opname die is gemaakt via
verwerking opgeslagen op de kaart.
Controleer de bestemmingsmap en het
nummer van het bestand
en selecteer [OK].
Als u nog een opname wilt verwerken,
herhaalt u stap 2 t/m 4.
447