Eenrichtingsverkeer: als u een eenrichtingsweg
vanaf de verkeerde kant inrijdt, verschijnt een
waarschuwingsmelding, inclusief een symbool
van het verkeersbord, op het instrumentenpaneel
(verzoek om de rijrichting te verifiëren).
Overige verkeersborden: wanneer u
een van deze borden nadert, verschijnt
het desbetreffende pictogram op het
instrumentenpaneel.
Deze functie is een hulpmiddel voor de
bestuurder die echter te allen tijde zijn
aandacht op het verkeer moet blijven vestigen
en de verkeersregels moet naleven.
De snelheidslimietborden langs of boven de
weg hebben altijd prioriteit boven de door het
systeem weergegeven snelheidslimieten.
De borden moeten voldoen aan de regels
van het Verdrag van Wenen betreffende
verkeersborden.
Snelheidsbegrenzer
Dit systeem voorkomt dat de auto
de door de bestuurder ingestelde
snelheid overschrijdt.
De snelheidsbegrenzer moet handmatig
worden ingeschakeld.
De ingestelde snelheid moet minimaal 30 km/h
bedragen.
De ingestelde snelheidswaarde blijft na het
afzetten van het contact opgeslagen in het
geheugen.
De snelheidsbegrenzer is niet meer dan een
hulpmiddel, hetgeen inhoudt dat de snelheidslimiet
altijd gerespecteerd moet worden en dat de
bestuurder altijd waakzaam moet blijven.
Stuurkolomschakelaars
1.
Selecteren van de snelheidsbegrenzer.
2. Verlagen van de ingestelde waarde.
3. Verhogen van de ingestelde waarde.
4. Inschakelen/onderbreken van de snelheidsbegrenzer.
5. Afhankelijk van de uitvoering:
Weergeven van de snelheidslimieten in het geheugen
met de programmeerbare snelheidsbegrenzer
of
Gebruik de door het snelheidslimietherkenningssysteem
weergegeven snelheid.
6. Weergeven en instellen van de opgeslagen afstand tot
de voorligger.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over het opslaan van
snelheden of over het
snelheidlimietherkenningssysteem.
Weergave op het instrumentenpaneel
Head-up display
6. Snelheidsbegrenzer geselecteerd.
7.
Snelheidsbegrenzer AAN/UIT.
Rijden
6
143