Hoofdstuk 3: Configuratie en inbedrijfstelling
Optie
Uitbr. borden
Hulpbestanden laden
System update
Printer config
DACT Config
Paneel Activatie Key
Auto datum en tijd
BMS Config [1]
[1] Het gebruik van BACnet of Modbus vereist dat de bijbehorende PAK op het gateway-paneel
geregistreerd moet worden.
ID configuratie
Selecteer ID configuratie om het netwerkstatus-ID (voor het brandmeldnetwerk)
van de centrale en beschrijving te configureren. De standaardwaarde is 001.
Opmerking:
Het toegestane ID-bereik wordt gedefinieerd door de afmeting van
het brandmeldnetwerk. Het standaardbereik is 001 t/m 032, maar het bereik
neemt toe als uw netwerk met een PAK wordt uitgebreid. Zie "Paneel Activatie
Key" op pagina 87.
Ga als volgt te werk om het ID of de omschrijving te wijzigen:
1. Selecteer Pnl instellingen in het hoofdmenu.
2. Selecteer ID configuratie.
3. Voer het ID, de beschrijving en de installatienaam in.
4. Druk op F4 (Enter) en vervolgens op F1 (Terug).
5. Druk op F1 (Opslaan), F3 (Toepassen), F4 (Verwijderen) of F2 (Verlaten).
Vergeet niet om de opgeslagen instellingen toe te passen vanuit het
hoofdmenu.
62
Beschrijving
Configureert alle geïnstalleerde uitbreidingskaarten.
Laadt de hulpbestanden van een USB-flashstation. Hulpbestanden
die kunnen worden geladen omvatten aangepaste stand-by- en
alarmvensters, een bijgewerkte taal of lettertypebestanden voor
uitgebreide taalondersteuning.
Laadt de firmware-updates van de centrale.
Configureert de instellingen voor de interne en externe printer.
Configureert Ethernet, de particuliere alarmcentrale (CMS), de
PSTN- en GPRS-instellingen voor een geïnstalleerd DACT-kaart.
Registreert PAK's of meldt PAK's af.
Configureert de instellingen voor extra datum en tijd, waaronder
SNTP, zomertijd en tijdzone.
Configureert de protocolinstellingen voor gebouwbeheer
(BACnet ®, Modbus ®).
2X Series Installatiehandleiding