8. Speciale bewerkingen onder
Windows
Bestanden rechtstreeks vanuit Windows
afdrukken
U kunt bestanden rechtstreeks afdrukken met behulp van Windows-opdrachten; "lpr" of "ftp".
Setup
Gebruik onderstaande procedure om netwerkomgevinginstellingen in te voeren.
1.
Schakel TCP/IP in via het bedieningspaneel en stel de netwerkomgeving van de printer in
voor TCP/IP, ook de IP-adressen.
TCP/IP van de printer staat standaard ingesteld.
2.
Installeer TCP/IP in Windows om de netwerkomgeving in te stellen.
Neem contact op met uw netwerkbeheerder voor de lokale instellingen.
3.
Als u wilt afdrukken, installeert u de afdrukservice voor UNIX als netwerktoepassing.
• Meer informatie over het instellen van een IP-adres kunt u vinden in de Hardwarehandleiding.
• Voor meer informatie over het instellen van een IP-adressen van de printer via DHCP, zie Pag.143
"DHCP gebruiken".
• Hiermee is de installatie van een printer die gebruikmaakt van een IPv4-adres bij het afdrukken
voltooid. Gebruikt u een hostnaam om een printer op te geven, ga dan door naar Pag.123 "Een
hostnaam gebruiken in plaats van een IPv4-adres" en zet de installatie voort.
Een hostnaam gebruiken in plaats van een IPv4-adres
Als een hostnaam is opgegeven, kunt u een printer opgeven met een hostnaam in plaats van een IPv4-
adres. De hostnamen zijn afhakelijk van de netwerkomgeving.
Wanneer u DNS gebruikt
Gebruik de hostnaam die is vastgelegd in het gegevensbestand op de DNS-server.
123