Bedrijf en bediening
4. Met de draaiknop de gewenste onder-
ste alarmgrenswaarde instellen, in het
voorbeeld rechts is dit 7%.
5. Bevestig de keuze met de bevestigings-
knop. De bovenste alarmgrenswaarde
wordt automatisch gemarkeerd.
6. Stel met de draaiknop de gewenste
bovenste alarmgrenswaarde in, in het
voorbeeld rechts is dit 15% RV.
7. Druk ter bevestiging op de bevesti-
gingsknop en verlaat de weergave
Alarm
door te drukken op de active-
ringstoets aan de zijkant. De CO
waking is nu geactiveerd.
5.6.4 O
-bewaking
2
(alleen bij apparaten die hiermee zijn uitgerust)
Als de O
-bewaking wordt geactiveerd
2
, wordt dit in de O
geven door een rode kleur van de
achtergrond van de gemeten waarde
en door een alarmsymbool
24). Als de signaaltoon in de menumo-
dus is geactiveerd bij alarm (
toon
, zie bladzijde 63, te herkennen
aan het luidsprekersymbool
het alarm tevens met een intermitte-
rend toonsignaal aangegeven. Wat er
in dit geval moet worden gedaan, is
beschreven in hoofdstuk Storingen, waarschuwings- en foutmeldingen vanaf bladzijde
44.
42
-be-
2
-weergave weerge-
2
(afb.
signaal-
), wordt
2
.4 °C
Set 37
O2
O2
.0 °C
10.
12
0
.0
%
%
C
10.
0
Set
Set 15
%
°C
.0 %
FEUCHTE
30
afb. 24
Zuurstofbewaking is geactiveerd
ALARM
max
10
.0 %
min
10
7
.
.
4
%
0
ALARM
max
10
.0
%
min
7
.0 %
ALARM
max
15
.0
%
min
7
.0 %
ALARM
max
15
.0 %
min
7
.0 %
O2
O2
10.
12
0
.0
%
%
10.
0
Set
Set 15
%
.0 %
FEUCHTE
30
D39699 | Stand 01/2020