Symptoom 5: De waterdrukveiligheidsklep lekt
M
OGELIJKE OORZAKEN
De uitlaat van de
waterdrukveiligheidsklep wordt
geblokkeerd door vuil.
relief valve outlet.
Symptoom 6: Op de gebruikersinterface verschijnt "n
wanneer u op bepaalde knoppen drukt
M
OGELIJKE OORZAKEN
Het huidige gebruikersniveau laat
niet toe dat deze knoppen worden
gebruikt.
Storingscodes
Wanneer een beveiliging is geactiveerd, knippert de led van de
gebruikersinterface en verschijnt een storingscode op het display.
De onderstaande tabel bevat een lijst met alle storingen en
maatregelen om deze te verhelpen.
Reset de beveiliging door de unit uit en weer in te schakelen.
Instructie om de unit uit te schakelen
Stand gebruikersinterface (verwarmen/koelen
=)
AAN
AAN
UIT
UIT
Als deze procedure voor het resetten van de beveiliging niet slaagt,
neemt u contact op met uw plaatselijke dealer.
Storings-
code
Oorzaak van de storing
Storing thermistor
80
inlaatwatertemperatuur
(thermistor inlaatwater defect)
Storing thermistor
81
uitlaatwatertemperatuur
(temperatuursensor uitlaatwater
defect)
Storing door opvriezen van de
89
waterwarmtewisselaar (door te
weinig waterstroming).
Storing door opvriezen van de
waterwarmtewisselaar (door te
weinig koelmiddel)
EWAQ+EWYQ009~011ACV3 + EWAQ+EWYQ009~013ACW1
Bedrijfsklare luchtgekoelde ijswaterkoelgroepen en bedrijfsklare
omkeerbare lucht-water warmtepompen
4PW51587-1A
W
AT TE DOEN
Controleer de goede werking van de
drukveiligheidsklep door de rode
knop op de klep linksom te draaien:
• Hoort u geen klakkend geluid, neem
dan contact op met uw plaatselijke
verdeler.
• Als het water uit de unit blijft vloeien,
dient u de afsluiters van zowel de
waterinlaat als -uitlaat eerst te sluiten
en dan contact met uw plaatselijke
verdeler op te nemen.
n "
n
n
W
AT TE DOEN
Verander de lokale instelling van het
"gebruikersniveau" [0-00]. Zie
"Lokale instellingen" op pagina
18.
Druk op de y-knop
1 keer
1 keer
—
—
Wat te doen
Neem contact op met uw
plaatselijke dealer.
Neem contact op met uw
plaatselijke dealer.
Zie storingscode 7H.
Neem contact op met uw
plaatselijke dealer.
Storings-
code
Oorzaak van de storing
Wegvallen van stroming (te
7H
weinig of helemaal geen
waterstroming, minimaal vereiste
waterstroming bedraagt
16 l/min)
Uitlaatwatertemperatuur van unit
8H
te hoog (>65°C)
Printplaat hydraulische ruimte
A1
defect
Te lage (bij koelen) of te hoge (bij
A5
verwarmen)
koelmiddeltemperatuur
(gemeten door R13T)
Storing stromingsschakelaar
C0
(stromingsschakelaar blijft
gesloten terwijl pomp stilligt)
Storing thermistor
C4
warmtewisselaar
(temperatuursensor
warmtewisselaar defect)
Printplaat compressor defect
E1
Abnormaal hoge druk
E3
Activering van lagedruksensor
E4
Overbelastingsbeveiliging
E5
compressor geactiveerd
Ventilator vastgelopen
E7
Storing van elektronische
E9
expansieklep
Te hoge perstemperatuur
F3
(bijv. door blokkering
warmtewisselaar)
Storing HPS-systeem
H3
Storing thermistor
H9
buitentemperatuur
(buitenthermistor defect)
Defect druksensor
J1
Wat te doen
• Controleer of alle afsluiters van
het watercircuit helemaal
openstaan.
• Controleer of het waterfilter moet
gereinigd worden.
•
Controleer of de unit binnen
zijn werkingsbereik
functioneert (zie
"Technische
specificaties" op pagina 26
).
• Zie ook
"Water vullen" op
pagina
11.
• Controleer of er geen lucht in het
systeem zit (ontlucht).
• Controleer op de manometer of
er voldoende waterdruk is. De
waterdruk moet >0,3 bar (water
is koud) bedragen, >>0,3 bar
(water is warm).
• Controleer of de pompsnelheid
in de hoogste stand staat.
• Controleer of het expansievat
niet defect is.
• Controleer of de weerstand in
het watercircuit niet te hoog is
voor de pomp (zie
"Pompsnelheid instellen" op
pagina
17).
• Controleer of de pompzekering
(FU2) en printplaatzekering
(FU1) niet gesprongen zijn.
Controleer of de
uitlaatwaterthermistor een juiste
waarde aangeeft.
Neem contact op met uw
plaatselijke dealer.
Neem contact op met uw
plaatselijke dealer.
Controleer of de
stromingsschakelaar niet
verstopt is door vuil.
Neem contact op met uw
plaatselijke dealer.
Neem contact op met uw
plaatselijke dealer.
Controleer of de unit binnen zijn
werkingsbereik functioneert (zie
"Technische specificaties" op
pagina
26).
Neem contact op met uw
plaatselijke dealer.
Controleer of de unit binnen zijn
werkingsbereik functioneert (zie
"Technische specificaties" op
pagina
26).
Neem contact op met uw
plaatselijke dealer.
Controleer of de unit binnen zijn
werkingsbereik functioneert (zie
"Technische specificaties" op
pagina
26).
Neem contact op met uw
plaatselijke dealer.
Controleer of de ventilator niet
tegengehouden wordt door vuil.
Als de ventilator niet geblok-
keerd is, neem dan contact op
met uw plaatselijke verdeler.
Neem contact op met uw
plaatselijke dealer.
Maak de warmtewisselaar
schoon. Als de warmtewisselaar
schoon is, neem dan contact op
met uw plaatselijke verdeler.
Neem contact op met uw
plaatselijke dealer.
Neem contact op met uw
plaatselijke dealer.
Neem contact op met uw
plaatselijke dealer.
Montagehandleiding
24